zondag 30 juni 2013

Rond het kerkje van Opende

Waarom Opende? Dat ging zo: op de homepage van RTVNoord staat een rubriekje vermeld, Groningen in Beeld, waarbij steeds een nieuwe foto wordt afgebeeld. Toen ik even naar het nieuws keek, kwam er een foto van gevelstenen voorbij:


Dat trok mijn aandacht: wat, waar? De kerk van Opende dus. Waar Opende ophoudt begint Friesland. Daar zijn we gisteren wezen kijken.
De kerk stamt uit 1748, met een vernieuwde voorgevel uit 1915 en een dwarsschip uit 1930.


Overal staan en hangen proclamaties, bordjes en stenen met jaartallen. De teksten van de ingemetselde gevelstenen staan op deze site: proclamatie.blogspot.nl

Nog eentje:


De niet-kerkelijken onder ons hebben misschien geen idee, waar dit op slaat. Voor hen: het is Hebreeuws en betekent Huis van God. 

Er hangen ook meer recente bordjes:


En deze:


Er zijn er nog wel meer, allemaal van de actieve beheerder van de begraafplaats. Het ziet er dan ook netjes uit, maar niet overdreven aangeharkt. Er is een grote variatie in grafstenen, oud, nieuw, van zwerkei tot en met kleine glazen sculpturen. 

Niet apart, maar midden tussen de dorpsbewoners liggen twee oorlogsmonumenten.
De voorste is voor de bemanning van een Amerikaans toestel, een B17 die terug kwam van Kassel; de achterste voor een Australisch vliegtuig: een Halifax, op weg naar Berlijn.
Over de B17 en haar bemanning  klik hier  voor alle informatie.
Voor de Halifax en haar bemanning  klik hier voor alle informatie.


Ik dacht aan de nabestaanden van deze vliegers. Woon je in Australiƫ, komt je kind, man of vader om aan de andere kant van de wereld, in een speldeprik van een dorpje, dat op geen kaart te vinden is. Het moet een grote troost zijn, als je na de oorlog hier komt, en ziet dat er toch mensen waren, die zich om je dierbaren hebben bekommerd.

We gaan verder. Kijk, zo kun je goed zien, dat het kerkje uit verschillende periodes stamt:



Alles gezien? Verder maar weer. En dan, aan de buitenkant van het kerkhof vind ik nog iets:


Het laatste bordje. En nee, het bedrijf bestaat niet meer, alleen de naam nog. Dat Briltil is trouwens ook leuk. Komt ook wel aan de beurt.


Opende ligt in de gemeente Grootegast

Met dank aan P.M. van der Ploeg voor de informatie over de oorlogsgraven.
Bron bouwgeschiedenis kerk:  323 x Groningen , Peter en Klaske Karstkarel
Foto's: A.B. van der Ploeg en van Aag zelf.






woensdag 26 juni 2013

Uitgelezen: Hoogtelijn (33)

Anne Holt: Hoogtelijn (thriller/detective)


Af en toe heb ik ernstig behoefte aan wat lichte lectuur. Het hoeft niet altijd "verantwoord" lezen te zijn, nietwaar? Een detective heeft dan mijn voorkeur. In de steeds verder uitdijende voorraad Skandinavische thrillers in de bibliotheek vond ik deze, van Anne Holt.
Die Anne heeft een boeiende carriƫre achter de rug: advocaat, journalist, minister, schrijver...
 meer info: klik hier

Hoogtelijn heeft alle kenmerken van een klassieke detective:
Zet een aantal mensen bij elkaar, die niet weg kunnen. In dit geval de overlevenden van een treinongeluk, die door een ongekend heftige sneeuwstorm in een hotel zitten opgesloten.
Meerdere mensen worden vermoord. Diverse mensen gedragen zich verdacht. De hoofdpersoon observeert en deduceert. Aan het eind komen allen tesamen in een laatste Hercule Poirot-achtige bijeenkomst; de dader wordt ontmaskerd en aan de omstanders, en dus ook de lezer, wordt uitgelegd hoe de moordenaar te werk is gegaan.

De hoofdpersoon in dit boek is Hanne Wilhelmsen, voormalig politie-inspecteur, die na een schietincident in een rolstoel is beland en zich min of meer heeft teruggetrokken. Gedwongen door de omstandigheden probeert zij, samen met enkele andere reizigers, te achterhalen wie de moordenaar is.

Het taalgebruik is soms wat stroef, en Holt valt nogal eens in herhalingen. Maar goed, voor een tussendoortje, voor aan het strand of in de tuin, is het meer dan geschikt.
Of thuis op de bank, een grote pot thee en dan een boek vol moord en doodslag: gezellig.


Oorspronkelijke titel: 1222
Vertaald door: Annemarie Smit

donderdag 20 juni 2013

Gevonden voorwerp: sigarenbandje

Schimmelpenninck

Wat ik nou weer gevonden heb! Helemaal gaaf, en nog in een rondje bovendien: een sigarenbandje.  Dat is vandaag de dag een zeldzaamheid.



Die spaarde ik, als kind. Dat ging goed, met een vader, een opa en een oom (met sigaarrokende vrienden): een constante aanvoer van de mooiste plaatjes.
Mijn vader plakte ze voor me op, die kon dat natuurlijk veel netter dan ik. Gelukkig heb ik het album nog.




Leerzaam was het ook; mede door die afbeeldingen heb ik een behoorlijke kennis van bloemen en planten. Uren lag ik op mijn buik te bladeren en te kijken.




Ook de vlaggenserie vond ik prachtig.
Als je een kistje kocht, dan zat er wel eens een los bandje in, extra groot. Met bv plaatjes van exotische oorden als Zwitserland.


Ook de namen waren bijzonder: Elizabeth Bas, de bovengenoemde Schimmelpenninck, Willem III (kartonnen doosje, rood,wit en zwart).

Er waren zeker twee, misschien wel drie sigarenzaken in ons dorp. Ik ging graag mee, als mijn moeder daar de maandelijkse voorraad sigaretten en sigaren ging kopen.
De ene zaak was een klein winkeltje, met een wand vol rookwaar. De winkel was van een weduwe, die daar (een aanvulling op) haar pensioentje mee verdiende. Op de toonbank stonden stopflessen met snoepgoed, en soms mocht ik een toverbal. Echte toverballen waren dat, reuze groot. Zulke ballen bestaan niet meer, ze zullen wel als "te gevaarlijk" beoordeeld zijn.
De andere zaak waar wij wel kwamen was groter: zij verkochten ook pijpen en aanverwante zaken. Mijn vader was pijproker, ik herinner me nog dat een oom besloot ook te gaan pijproken. Samen gingen ze daar zijn eerste pijp uitzoeken. Het was een plechtig moment.

Allemaal voorbij. Roken is not done, en de gezondheidswinst is natuurlijk geweldig.
Maar met het roken verdwenen ook de sigarenwinkels. Het winkeltje van de weduwe was al langer verdwenen; en de mooie sigarenwinkel aan de Hekstraat richtte zich op vissen, met hengels, waxcoats en zo. Ik heb er nog wel eens handschoenen voor mijn jongens gekocht.
Geen rokers in de familie, dus ook geen sigarenbandjes meer. Wel een beetje jammer. Weg is de kennis en het vakmanschap, dat ook bij sigaren en pijproken hoorde. En wat dacht je van die mooie doosjes en kistjes?
Ha, wie wat bewaart, die heeft wat.



Deze heb ik al jaren. Zoiets moois doe je toch niet weg?



Ik bewaar er mijn aquarelverf in en een kneedgummetje. En een mooi steentje.
Tot slot deze nog. Die zagen we in een winkeltje in Exloo, hij is van een voormalige sigarenfabriek uit onze streek.
Die moet je dan wel kopen.



(Onlangs werd er een aflevering van Andere Tijden aan de fabrieksmeisjes van Champs Clark gewijd).

Zo kom je van een simpel sigarenbandje uit bij grote maatschappelijke vraagstukken: zoals volksgezondheid, sociale zekerheid, gelijke lonen...  Of ik blader nog wat in mijn album, dat kan ook.


 voor Andere Tijden: klik hier


Foto's: van Aag zelf





zondag 16 juni 2013

Hunebedden: D10 (Gasteren)

Gasterse Duinen

Gasteren ligt zo ongeveer in onze achtertuin, dus ik vond het van de gekke dat we het hunebed daar nog steeds niet hadden bezocht. Wat doe je dan op een mooie zondagmiddag? Precies.
Gasteren is een prachtig dorp, daar gaan we een keer een kopje koffie drinken. Vandaag reden we er langzaam doorheen, richting Oudemolen. Aan de rechterkant tref je al gauw een flinke parkeerplaats aan, met pontificaal langs de weg een aanwijsbord voor het hunebed. Even een paadje op: een hekje en een rooster



Dat betekent: geen hond. Ach. Dan scheiden onze wegen zich even. Ik loop in mijn eentje door het hek en kijk, het uitzicht opent zich: heide, hier en daar een boom. Mooi hoor.




Naar rechts, want daar zie ik stenen schemeren.



Het hunebed, niet echt groot en bepaald incompleet. Maar, het is er een! En je kunt zo heel goed zien dat het in een kuil ligt.



In 1692 al doet een 15-jarige jongen (Abel Eppo van Bolhuis) verslag van zijn bezoek: hij kruipt er onderdoor en loopt er overheen. Hij telde toen drie dekstenen.

Ik heb inmiddels geleerd op de soort steen te letten, minstens twee stenen zijn van rose graniet.





En kijk, ook een van een soort geel graniet.





Jammer, er zitten haast geen korstmossen op, alsof ze onlangs met een hogedrukspuit zijn gereinigd: kaal. Ook zijn ze flink aan elkaar geplakt met veel cement/beton.




Sommige stenen hebben wel heel vreemde vormen. Misschien was de keus beperkt? Of vonden de bouwers deze juist erg mooi, dat kan ook.




Onderweg naar huis kochten we twee tomatenplanten, langs de weg (neem op zulke uitjes altijd muntgeld mee, want je komt van alles tegen!). Hazelnoottomaat, nooit van gehoord, ik ben benieuwd.
Al met al was het was weer een heerlijke middag.


 N 53 02.544
E 006 39.465

Gasteren ligt in de gemeente Aa en Hunze

Bron: Gids voor hunebedden in Drenthe en Groningen - Wijnand van der Sanden
Foto's van Aag zelf

dinsdag 11 juni 2013

Gevonden voorwerp: breinaalden

Breien voor baby en meer


Man heeft nog een weekje vakantie. Dat betekent: 's morgens een klusje en 's middags vrij. Het was heerlijk weer vanmiddag, dus besloten we naar Wedde te fietsen. Aan de Hoofdweg is een bric-Ć”-brac-winkel; daar wou hij eens een kijkje nemen.

Wedde ligt zo'n 6 km verderop en is best een leuk dorp. Er is een burcht, oftewel borg.




Er is een aardige, oude kerk



En er is dat winkeltje. Dat blijkt op dinsdag gesloten te zijn. Gelukkig is er ook een eetcafe, waar je ijsjes kunt kopen. Daar tegenover zijn bankjes, onder nog jonge kastanjebomen, waar je rustig kunt zitten uitblazen.
Op een van die bankjes lag iets merkwaardigs.




Breinaalden! Pas gekochte breinaalden, want de verpakking was nog gesloten. Iemand zal ze verloren hebben. Een ander iemand heeft ze gevonden en duidelijk zichtbaar op het bankje gelegd.
Ik heb even gekeken: naalddikte 2 en 2 1/2. Waarschijnlijk om iets voor een baby te breien, of om iets kantachtigs te maken. O, de verleiding om ze mee te nemen. Niet gedaan natuurlijk. Misschien liggen ze er nu nog wel. Zucht.

Ik ben dol op breien. Maar dat is niet altijd zo geweest. Op de lagere school kregen wij, meisjes, vanaf de derde of vierde klas handwerkles. De jongens gingen dan leuke dingen doen met de meester: timmeren en zo. Hoogst onrechtvaardig vond ik toen al.
Bovendien was dat handwerken een drama, vooral als het warm was. Breien ging met breikatoen. Als onervaren breister trok ik de draad veel te strak aan. Dat in combinatie met zweterige, plakkerige handjes en stalen breinaalden maakte dat het breiwerk strak aan de pennen hing. Geen beweging in te krijgen, niks geen insteken, laat staan af laten glijden. Ook borduurwerkjes werden vodden in de hitte.

Ik weet nog precies wat voor werkjes ik heb geproduceerd, maar ze zijn bijna allemaal verdwenen.

Dat zwoegen op verplichte handwerkjes werd ook gedaan door alle generaties meisjes voor mij. Ik heb dan ook twee proeflapjes, die door mijn moeder zijn gemaakt. Hoe en wanneer, ik weet het niet. En ik kan het ook niet meer vragen. Ik heb ze ooit provisorisch achter glas geklemd. Ze waren wat weggezakt, met andere lijstjes, merklappen en meer van zulk spul.



Dankzij die breinaalden heb ik ze weer opgezocht. Er moet maar eens een degelijk lijstje om, en dan ergens ophangen. Ter ere van al dat gezwoeg met naald en draad.


Foto's: A.B. van der Ploeg en van Aag zelf








.






maandag 10 juni 2013

Uitgelezen: Wives and Daughters (32)

Elizabeth Gaskell: Wives and Daughters

Stel, je wilt een boek schrijven, een roman, en je wilt daarin een aantal thema's verwerken.
Zoals daar zijn: familierelaties. De macht van vaders over hun (volwassen) kinderen. De positie van de vrouw. Klasseverschillen. Macht van de grootgrondbezitter over zijn pachters. Oude adel en nieuwe adel. De macht van de dorpsroddel, die een goede naam kan maken of breken. Nieuwe ontwikkelingen, zoals de eerste spoorlijnen en de eerste stoomtreinen. Ontdekkingsreizen, gefinancierd door (rijke) heren, die elk nieuw stukje kennis met enthousiame ontvangen. De belevenissen van het meisje Molly, vanaf haar puberteit tot jonge vrouw.
Dat alles wordt verwerkt tot een lezenswaardig boek van meer dan 800 bladzijden. Dat is toch een enorme prestatie.
Elizabeth Gaskell schreef het als een feuilleton voor het Cornhill Magazine, maar kreeg het net niet af. Ze stierf plotseling aan een hartaanval.
"Is het een beetje leesbaar?"  vroeg mijn zoon. "Is het taalgebruik niet ouderwets?" Absoluut niet, het is een bijzonder toegankelijk boek. En met hoofdstukken die titels dragen als "Molly to the Rescue" denk je eerder aan een nieuwe kinderfilm. 

Vanwege de omvang heb ik het wel voor de vakantie bewaard. Ook geschikt voor de lange winteravonden, dat werk dus.

Die Elizabeth Gaskell was een interessante dame, die in haar tijd al veel fans had. Even wat name-dropping: Charles Dickens, Harriet Beecher Stowe (die bij haar op bezoek kwam!) en Karl Marx. Toch was niet iedereen gecharmeerd van haar werk. Een eerder boek, Ruth, werd zelfs verbrand door boze parochianen van haar man, en door mensen uit haar eigen kennissenkring.
Elizabeth was goed bevriend met Charlotte Brontƫ, ook al zo'n grote naam. Ze schreef een biografie over Charlotte, die staat hier in de kast te wachten. Fijn is dat, als er weer een heel nieuw literair landschap opdoemt; nog meer te lezen, nog meer te ontdekken.

voor meer info: klik hier

Wives and Daughters is nog volop verkrijgbaar, ik heb een Penguin-editie gezien voor 9,99 euro. Ikzelf heb het boek gedownloaded op mijn e-reader, middels het Project Gutenberg. Zonder illustraties, dat scheelde zo'n 200 pagina's. Even zo goed was het een vreemde gewaarwording: zo'n dun dingetje in je handen geeft je onbewust het gevoel dat het te lezen boek ook dun is. Ik las en las en las, en kreeg het gevoel "wanneer is het nou afgelopen?". En als je het dan uit hebt, kun je het niet met een klap dichtdoen. Je kunt het niet op de tafel leggen en nog eens naar het omslag kijken. Dat is dan weer een nadeel.
Maar stel, ik had er niets aan gevonden. Dan was er geen man overboord geweest. Of stel, ik vond het fantastisch, ik wil geen dag langer zonder dat boek binnen handbereik. Dan kan ik altijd nog een gedrukt exemplaar kopen, bijvoorbeeld bij zo'n fijne uitgever als deze: kijk wat mooi

Dit ter illustratie van mijn theorie: dat echte boeken, gedrukt op papier, in mooie bandjes, weer een luxe-artikel worden voor liefhebbers en rijke mensen. Denk Renaissance. Spannende ontwikkelingen!

Al met al zou ik Wives and Daughters de betere chick-lit willen noemen. En voor wie liever op de film wacht: het boek is bewerkt tot een serie (met afloop), door de BBC, ook nog steeds verkrijgbaar.

zaterdag 8 juni 2013

Vakantie: Kloster Karthaus (7)

Kloster Karthaus in Konz

Waar de Saar en de Moezel samen komen ligt het stadje Konz. Bijna tegen Trier aan, zou je het zo voorbijrijden.
Aan de hoofdstraat (zo anders dan hier, alleen daarom zou je er eens doorheen moeten rijden) ligt, achter een muur verscholen, het voormalige klooster.
Tussen het groen zie je al een deel van de toren.


Door een poortje kom je bij de achterkant van het complex. Alleen de zuidvleugel is bewaard gebleven.



Eerst maar naar voren. Dat is een verrassing!


Wat groot! We proberen er omheen te lopen, maar stuiten op een bouwplaats. Zoals zo vaak met Duitse gebouwen is het moeilijk om op het eerste gezicht te raden hoe oud het is.


We lopen weer terug en om het gebouw heen. Ha, ook mooi!


Boven elke boog hangt een kop, ze zijn allemaal verschillend.




En dan de basiliek. Wat is hij groot! In PrĆ¼m staat ook zo'n soort gebouw, en er zullen er vast nog veel meer zijn. Hoog, massief, indrukwekkend is het wel.



We lopen langs een ander pad weer terug. Nog Ć©Ć©n keer kijken....





info: klik hier

De gemeente Konz ligt in het Landkreis Trier-Saarburg
Foto's: A.B. van der Ploeg en van Aag zelf

dinsdag 4 juni 2013

Vakantie: Romeinse villa (6)

Borg: een Romeinse villa

Nu we ons toch in Romeinse sferen bevonden, zijn we op zoek gegaan naar de reconstructie van een Romeinse villa in de buurt van Perl.

Het was makkelijk te vinden, de auto konden we kwijt op een ruime parkeerplaats, en, hƩƩl bijzonder, ons hondje mocht mee naar binnen.
Hier geldt hetzelfde als wat ik bij de Romeinse tempel zei: het is natuurlijk zo kunstmatig als wat, maar kom op, niet zo blasƩ hoor, en kijk maar.

Zo'n villa bestond uit meerdere gebouwen en tuinen: pars urbana, en daarbuiten de landerijen (pars rustica).
De entree van de pars urbana is het poortgebouw


Eenmaal door de poort gelopen zie je pas wat een opppervlakte het geheel inneemt. Nu is de reconstructie ook gebaseerd op de meest welvarende en grootste versie van de villa; dat was eind 2de, begin 3de eeuw.


De verschillende vleugels zijn gedecoreerd en ingericht en toegankelijk voor het publiek. We waren er op zondag en het was druk. Meerdere groepen werden rondgeleid, dus we zijn niet overal naar binnen geweest en hebben niet overal foto's kunnen maken. De baden heb ik niet eens van binnen gezien (stom!), maar de overige ruimtes wel. De indeling is erg prettig: een grote centrale ruimte en daaromheen de overige vertrekken. Doet u mij maar zo'n huis.
Wat ik zonder meer het leukste vond was de keuken.
Die bestaat uit twee ruimtes; een soort voorraadkeuken, waar zo te zien ook de mise-en-place plaatsvond:


En de ruimte waar het koken, bakken en borden, schalen opmaken plaatsvond:


Eigenlijk zag het er best modern uit: licht, ruim, met veel werkopppervlakken.

Zoals het hoort ligt vlak bij de keuken een kruiden- en keukentuin. Nog vroeg in het seizoen, maar keurige rijtjes peulvruchten, biet, worreltjes en wat dies meer kwamen al op.



Er is ook een formele tuin, met daarin de gebruikelijke vijver.


Met natuurlijk een schone dame.


Er wordt rustig doorgegraven.


Toen we weer weggingen, door het poortgebouw naar buiten, zag ik nog dit:


Zo'n mopppig karretje, uit Asterix of een oude Hollywoodfilm. Je zal daar maar kilometers in moeten staan te hobbelen!


site van Villa Borg


Perl ligt in het district Merzig-Wadern

Foto's: A.B. van der Ploeg en van Aag zelf

zondag 2 juni 2013

Vakantie: tempel in het bos (vervolg) (5)

Aan de voetweg van Rome naar Trier ligt Tawern, en daar, in het bos, zijn in 1986/87 de resten van een Romeinse tempelcomplex(je) blootgelegd.
Vervolgens werd er een reconstructie van het geheel gebouwd. Dit is een overzicht, zoals het in een folder staat:



Ja, ja, het is nep, en het is kitsch, nou en? Het is hartstikke leuk en leerzaam. Hoeveel verbeeldingskracht een mens ook heeft, als je midden tussen deze gebouwen staat, krijg je pas een goede indruk van proporties en verhoudingen.

Hier waren we gisteren gebleven, bij de ingang.


Er zijn drie  tempels, gewijd aan Mercurius.


Dit is de grootste. Reizigers konden hier hun offergaven brengen, om zo een goede reis en thuiskomst te bewerkstelligen.
Ook is er een vrij groot bijgebouw, waarvan men niet goed weet, wat de functie was...


En er is een put/ bron.



In die bron werden tjdens de opgravingen allerlei vondsten gedaan, zoals deze kop van Mercurius. Die zou rond 400 in de bron zijn gegooid; in die periode werd het tempelcomplex met de grond gelijk gemaakt.



De put heeft nu als extra attractie, dat je er geld in kunt gooien; dan gaat er water stromen.

voor 20 cent een heleboel plezier

Er staat een fraai versierde zuil voor de tempels



Al met al valt er voor een zo'n klein geheel veel te bekijken. Hoe druk zal het hier zijn geweest? En wat deden die mensen nog meer? Even zitten, praatje maken en van het uitzicht genieten. Net als wij.







voor meer info: klik hier


Tawern ligt in het district Trier-Saarburg
Foto's: A.B. van der Ploeg en van Aag zelf