donderdag 28 november 2013

Hunebed met runenschrift

Dwergte: nog één hunebed.


Vlakbij Peheim, een vlek van een dorp even verderop, ligt een geweldig hunebed. Eenmaal bij het goede pad aangekomen wordt het luid en duidelijk aangegeven.




Eén bordje is niet genoeg:




Vanaf de weg zie je hem goed liggen





Maar pas als je er omheen loopt kun je zien wat een reus van een hunebed het is.



Kijk eens goed, wat zie je op deze steen?


Dat zijn dus echte runen! Die heb ik nog niet vaak gezien. Volgens de site zijn deze runen "neuzeitlich", maar dat is zo'n ruim begrip, daar kan ik niets mee. Bij runen denken we al gauw aan niet-christelijke volkeren, maar dat is niet terecht. Op deze steen staat bijvoorbeeld Anno Santo (in het Heilige Jaar). In Denemarken hebben we ook stenen met christelijke motieven en runen gezien.

in Varde


Christusfiguur met runen en vikingmotieven

Dit soort stenen zijn een soort herdenkingsmonumenten. (Overigens kan het hier best om verschillende schriftvariaties gaan).

Als er over een Europese identiteit wordt gesproken, heeft men het vaak over de joods-christelijke cultuur en over Midden-Europa, waar de Europese cultuur dan haar oorsprong zou hebben.
Ik denk dat het geen kwaad kan als we ook wat vaker naar Noord-West Europa kijken. Het domein van de bekerculturen was behoorlijk groot, en er was zonder meer onderling contact. En die contacten bleven, door de eeuwen heen, bestaan.
Als je, zoals wij, veel reist via het Waddengebied, van Texel tot en met de Deense Waddeneilanden, en nog verder naar Skagen in de top van Jutland, dan zie je de culturele verwantschap.
Die Europese eenheid, dat is helemaal geen nieuwe uitvinding. Die bestaat al zeker 5000 jaar.


Voor meer informatie over dit specifieke hunebed: klik hier


Foto's: A.B. van der Ploeg en van Aag zelf.

 

woensdag 27 november 2013

Uitgelezen: We moeten het even over Kevin hebben (45)



Lionel Sriver: We need to talk about Kevin

Waarschijnlijk stelt ieder mens zich op zeker moment tijdens zijn volwassenheid dezelfde vraag: Kinderen? Ja/nee/weet niet.
En indien ja, waarom? Rationele en emotionele argumenten volgen op de drang van de genen zich te vermenigvuldigen. Met de zwangerschap volgt de angst: zal het kind wel gezond zijn? Zal ik een goede ouder zijn? Hebben we straks nog wel tijd voor elkaar? Hoe moet het met mijn werk/carriëre?  Kunnen we het ons wel veroorloven?
En na de geboorte volgen angsten die je je van te voren niet voor kon stellen. Ademt het nog wel? Eet het genoeg? Groeit het goed? Wordt het niet gepest? Wie is die enge man die bij het schoolhek staat? En iedere ervaren ouder kan je geruststellen: dit is gewoon, ook deze fase gaat voorbij. Het hoort erbij.

Maar wat als de vraag zich opdringt: deugt mijn kind wel?

Helaas zijn er kinderen die opgroeien tot volstrekt gewetenloze volwassenen. Kinderen die plezier beleven aan pijn doen. Die vervuld lijken van een blinde haat of een redeloze woede.
Het is één van de laatste taboes: er bestaan kinderen die van jongs af aan niet deugen.
In één van de landelijke kranten stond een vorig jaar een artikel over zulke kinderen. Sociopaatjes. Gesprekken met hun ouders, die geen van allen met hun gezicht in de krant wilden. Allemaal zeiden ze, dat ze van het begin af aan het gevoel hadden dat er iets niet klopte met hun kind. Die de eerste jaren gesust werden op het consultatiebureau. Die het gevoel kregen niet serieus genomen te worden. Tot het kind echt problemen veroorzaakte, bij vriendjes bijvoorbeeld, totdat de vriendjes op waren. Op de dagopvang, tot ze daar niet meer welkom waren. Op school, tot ze ook daar niet meer welkom waren.

Soms hebben die kinderen iets extra's. Ik zei het al: woede tegen de wereld om hen heen. Haat tegen mensen. Eindeloze verveling. Soms ook ontbreekt er iets essentieels: een geweten. Spijt. Mededogen.

Nog moeilijker wordt het, als jij ziet dat er iets fundamenteel fout is met je kind, maar je partner er van overtuigd is, dat jíj degene bent die verkeerd zit. Dat manupalitieve monstertje weet vader een rad voor de ogen te draaien, maar jou houdt hij niet voor de gek.
Denk je.....

Had je ooit gedacht dat het zo ver zou komen? De werkelijkheid blijkt erger dan je voorstellingsvermogen aan kon.

De moeder van Kevin maakt dit allemaal mee. Ze loopt niet weg voor de consequenties van het gedrag van Kevin. In brieven aan haar man onderzoekt ze, waar het misgegaan kan zijn. Er komt een rechtzaak die zich buigt over de vraag of zij schuld draagt aan Kevins gedrag. Net zoals hier de slachtoffers van Tristan van der V. iets of iemand de schuld willen geven. Het kan toch niet zo zijn dat iemand zomaar zo ernstig ontspoord?

Want als er niemand en niets verantwoordelijk is, als het echt gewoon dom toeval is, noem het botte pech, dan kan het iedereen overkomen. Dan zou het jouw kind kunnen zijn. Of je kleinkind. En dat is natuurlijk een onverdraaglijke gedachte.

Als je kind een gewetenloze moordenaar blijkt te zijn, houd je dan nog van hem? Veel besprekingen van dit boek stellen dat de moeder van Kevin niet van hem houdt. Ik vraag het me af.  

In de catacomben, waar je je ergste nachtmerries opslaat, schijnt opeens een zaklantaarn. Staar het monster in de ogen. Ga de confrontatie maar aan. Dit is de wereld waarin wij in leven.
Het is tekenend dat er vele uitgevers waren die het niet aandurfden dit boek uit te geven. Even zo goed won ze er de Orange Prize mee. Het is een verontrustend, bij tijd en wijle meeslepend boek, al vind ik het einde wat minder sterk. Nee, ik zeg niet hoe en wat, lees zelf maar.


Lionel Shriver is van geboorte Amerikaans, maar deels woonachtig in London. Ze schrijft regelmatig voor The Guardian. Er is recent een nieuw boek van haar verschenen: Big Brother.

info: klik hier

Wim Brands bezocht haar: klik hier

vrijdag 22 november 2013

Ook lekker: Poffert

Hoera, ik heb vanmiddag eindelijk Poffert kunnen bakken. Poffert is een Groningse variant op Jan-in-de-zak, hij wordt ook wel Broeder genoemd. Het beslag en ook de smaak lijken wel wat op die van oliebollen.

Ik heb een dubbele hoeveelheid beslag gemaakt, genoeg om één vorm helemaal te vullen, of voor twee kleine pofferts. Deze speciale poffertvormen zijn, geloof ik, niet meer te koop. Wel zijn er nieuwe kleine pofferttrommeltjes te koop, heel schattig. En verder wil het ook goed in een tulbandvorm.

Verwarm 3 dl. melk tot lauw, beslist niet heter! Lost 30 gram verse gist op in een deel van de melk. Van gedroogde gist zal 1 zakje wel voldoende zijn, kijk maar op de verpakking.


Laat dit even staan. Zeef ondertussen 400 gram bloem in een kom. Roer er 200 gram rozijnen door.



 Roer er de opgeloste gist en de rest van de melk door.


Tot slot gaan er twee eieren doorheen. Je kunt er een snuf zout aan toevoegen. Meng alles goed.
Dek af met gladfolie en laat rijzen tot het volume verdubbeld is. Bij mij duurde dat vandaag ongeveer anderhalf uur.

Verwarm de oven voor op 150 graden. Vet de bakblikken héél goed in, ik gebruik sinds enige tijd een spuitbus, dat werkt beter dan olie of boter.

De linker komt vd kringloop, de rechter van mijn moeder.

Als het beslag naar tevredenheid is gerezen, kun je óf een vorm helemaal vullen, óf het mengsel verdelen over  de twee blikken.




Zet midden in de warme oven en bak gedurende een uur. Als de bovenkant te bruin wordt, kun je er het deksel op doen. Na een uurtje de bekende truc met de prikker: steek hem in het midden van de poffert, als hij er droog uitkomt, is de koek gaar.
Zet de vormen 20 minuten op een rooster, keer de vormen om en stort de pofferts.



Het lekkerste is ze warm te eten, met boter en stroop of basterdsuiker. Koud is ook lekker.

Vroeger werden deze vormen in kokend water gezet om zo het beslag te laten garen. Ik heb het nog nooit geprobeerd, maar ik ben er wel nieuwsgierig naar. Dat moeten we ook maar eens doen.
Nog een waarschuwend woord: ze zijn behoorlijk machtig.



Foto's: door Aag zelf.

dinsdag 19 november 2013

Dwergte (4): Duitse hunebedden

In Duitsland liggen honderden hunebedden. Nee, ik ga ze niet allemaal bezoeken (zucht van opluchting). Maar nu we er toch waren, wilde ik er wel een paar zien. Zijn ze anders? Hoe doen ze dat hier? Van die vragen...

Vlakbij Lastrup (dorp in de buurt, mooie skandinavische? naam) moest er één zijn. In het dorp stond een i-bord; auto geparkeerd bij het busstation en een perkje, bord bestuderen. Rondrijden. Niet te vinden. Volgende dag: in de herkansing. Weer parkeren bij het i-bord. Kijk, daar achter die boom staat onze auto.



En ja, die stenen op de voorgrond, dat is dus een hunebed. Hoe stekeblind kan een mens zijn! En er hing nog wel een bordje:


"Dat is gezellig," dachten de mensen van Lastrup. "Weet je wat, we maken nog zo'n perkje". En aan de overkant van de straat werden nog wat stenen en heestertjes bij elkaar geschikt.


Een paar bankjes erbij, fertig! Zo doen ze dat dus in Duitsland, met hunebedden.

Even buiten het dorp vonden we uiteindelijk hunebed "Auf dem Sonderling". Dat is wel mooi, die Duitse hunebedden hebben vaak namen. Maar met deze was het verder niet zo goed:


Vandalisme. In zijn vernielzucht is een mens zelden orgineel.



Vuurtje gestookt, waar kennen we dat toch van. De deksteen is behoorlijk gebarsten. En wat nu?


Daar wordt over nagedacht. Nog één foto; dan zie je hoe groot hij ooit geweest is.

en dan gaat 'ie achter de bosjes nog verder!

Er naast ligt nog een reconstructie van een kleiner hunebed.



Ook hier weer een informatief bordje.




En natuurlijk ook hier weer een fraai bankje.


Dat was weer interessant: hetzelfde als bij ons en toch anders.


Handige site over Duitse hunebedden en meer: klik hier

Foto's: van Aag zelf

maandag 18 november 2013

Uitgelezen: The Testament of Mary (44)

Colm Tóibín: The Testament of Mary


In 104 pagina's doet Mary getuigenis van de laatste periode van het leven van haar zoon. Af en toe gunt ze zichzelf een glimp van gelukkiger tijden: toen haar man nog leefde en haar kind nog luisterde. Maar al te grimmig is wat daarna kwam.
Dit is een verrassend verhaal. Van de gedachte "zo kan het ook geweest zijn" wordt je overgehaald naar "zo was het". In dit boek was dit de realiteit voor deze moeder Mary. Geen troost, geen wederopstanding, geen vriendelijke, trouwe discipelen, maar opstandige jongeren en keiharde mannen met een plan. Vlucht, angst, rouw tot in het merg en woede.
Het heeft me geschokt, door het geweld en ook doordat ik me realiseerde hoezeer ook ik doordesemd ben met de officiële versie van de laatste dagen van Christus.
De kruisiging is, van welke kant je het ook bekijkt, een schokkende gebeurtenis. Maar het boek is ook van een zeldzame schoonheid, zoals zoveel dat onopgesmukt, sober en rauw plots in het volle licht komt te staan.
Het boek geeft een geheel andere versie van de periode waarin Jezus zijn wonderen verrichtte. Niet iedereen kan daar even goed mee om gaan. Interessant is de recensie die ik vond op www.catholicworldreport.com.
Daar zegt ene Mark P. Shea: "It won't tell you anything about Mary. It will tell you about its very sad and very angry author". En de schrijver raast dan alinea's lang over de "ex-catholic, gay writer". Alles wordt erbij gesleept; porno, Scientology... Wie is er hier nu kwaad?
104 bladzijden en kijk eens wat het teweeg brengt.
Het stond op de shortlist voor de Booker-prize, maar heeft niet gewonnen. Dat geluk ging naar The Luminaries, van Eleanor Cotton. Dat telt meer dan 800 pagina's, terwijl je dus maar goed 100 nodig hebt.

Voor wie een open blik heeft en lef: koop dat boek. Lees het. 

Over Colm Tóibïn:  klik hier en voor zijn officiële site:  klik hier
Voor wie geïnteresseerd is in de mening/het razen van Mark P. Shea: klik hier

zondag 17 november 2013

Bietensuiker (1)

 Het begon met een rit in de bus naar de tandarts in Veendam, begin oktober. Er stond een bordje in een veld.


Vanuit de bus kon ik niet goed lezen wat er op stond, dus gingen we daags erna met de auto naar Zuidwending (zo heet het daar). Kijk nou eens, dat had ik nog nooit eerder gezien.


Bij andere gewassen (mais, aardappels) staan wel eens naambordjes van de rassen, maar een fabrieksnaam? O ja, voor de stadjers zonder veel kennis van het gewas: dit zijn suikerbieten.





Velden vol suikerbieten, tot eind september. Dan begint een drukke periode, die "de campagne" heet, en die doorgaat tot eind januari.
Er verschijnen indrukwekkende oogstmachines:


De bieten worden met talloze tractors en karren van het land gehaald:


En overal verrijzen bergen bieten




 Het land ligt er weer leeg bij. Het rust en wacht op het voorjaar.



Dat is het eerste deel van een enorm proces. Van hier gaat het naar de fabriek. Dat deel komt de volgende keer aan de orde, maar ik wil nu nog even terug naar dat bordje.
Van Gilze kennen we van de stroop en de basterdsuiker.







Nu is er op het ogenblik een, naar mijn idee hysterische, hype tegen het gebruik van suiker. "Suiker is vergif". Merkwaardigerwijs gaat die gril gepaard met een minstens zo grote hype in het bakken van cupcakes en cakepops, maar dat terzijde.
En ja, er zit inderdaad suiker in producten, waar je zelf nooit opgekomen zou zijn. Daar ga ik me nog eens in verdiepen.
Maar een beetje relativeringsvermogen kan geen kwaad hoor: alles waar té voor staat is niet goed. Te veel suiker niet, en je te druk maken ook niet.
Ongetwijfeld worden die suikerproducenten nerveus van al die soesa. Hun afzet staat misschien onder druk, merken ze er al wat van? En dus proberen ze het suiker-imago (mooi woord, bedenk ik ter plekke) op te krikken. Maar hoe? Een bordje! Dat was een goed idee. En daar stond het dus. Dapper in een veld in Oost-Groningen, zichtbaar voor de hele wereld.

vrijdag 15 november 2013

Ook lekker: vruchtenbrood

Sinds drie jaar of zo wordt er op de BBC The Great British Bake Off uitgezonden, met nu in Nederland de versie Heel Holland bakt.
Zoals met zoveel: je leert vooral van zien, maar het Bake Off Bakboek is geweldig.


Die mevrouw op de voorkant is Mary Berry, maar de recepten zijn van Linda Collister. Een dame met een gedegen culinaire opleiding, die begrijpt hoe je recepten zó opschrijft dat iedereen ze moeiteloos kan volgen.
Ik was altijd nogal van grote stappen, snel thuis, maar het loont echt de moeite om alles rustig en volgens de werkbeschrijving te doen.
Deze week heb ik een Fruitloaf gemaakt, een vruchtenbrood.
Het is een soort dichte cake, geen echt brood, want geen gistdeeg.

Ik mag het recept hier niet geven, copyright en zo. Ontzettend flauw, vooral als je bedenkt dat ik het hier al helemaal had opgeschreven. Deleten maar. Gelukkig heb ik de foto's nog.


het touwtje vd camera hangt een beetje in de weg



Alles met de hand kleingesneden, heel zen en zo.



Dat deed ik vroeger nooit, zeven, maar het maakt echt wel verschil. Geen klontjes bijvoorbeeld, en veel luchtiger beslag.



Zo ziet het er altijd een beetje uit alsof de kat ziek is geweest, maar het komt goed!



Klaar! Nu inpakken en een dag wachten. Daar schijnt 'ie lekkerder van te worden.



Ok, hij is wat te donker en een beetje droog, maar best lekker. De volgende keer zal ik de ovenstand wat aanpassen. En vooral niet een dag wachten met opeten, lijkt me. Hij ziet er in ieder geval fleurig uit, leuk voor kerst.

De volgende week maak ik een Groninger Poffert. Volgens het recept dat ik van mijn moeder kreeg, zij weer van haar moeder, enzovoort. In een echte poffertvorm, ook al van mijn moeder. Schrijven we gewoon op, kan iedereen meegenieten.


The Great British Bake Off: How to Bake: The Perfect Victoria Sponge And Other Baking Secrets
Besteld bij www.amazon.de kost een gebonden uitgave 18,95 euro, geen verzendkosten.



Update: na nog een dag is het brood lekker smeuïg, helemaal niet droog meer, en de smaken trekken goed door. Lekker!

dinsdag 12 november 2013

Uitgelezen: Feest van het begin (43)



Joke van Leeuwen: het feest van het begin, AKO-literatuurprijs 2013


Ik had hem al in huis, dus dat kwam goed uit. In drie dagen uitgelezen, met rode wangetjes en warme oren. (Misschien moet ik aan de hand van dergelijke verschijnselen maar een waarderingssysteem vaststellen.)

Drie hoofdpersonen, wonend in Parijs, die aan het begin van de Franse revolutie moeten uitvinden hoe hun toekomst er uit zal zien, wat hun plek in deze nieuwe maatschappij zal zijn. Dat valt niet mee, want eigenlijk weet niemand het. Er zijn marsen en bijeenkomsten, men loopt van hot naar haar op zoek naar brood en antwoorden. Voor een adelijke jongedame is het afwerpen van het keurslijf een bevrijding, maar haar voormalige ondergeschikten zien haar niet als een gelijke, eerder als een vijand. Voor de pianoforte-bouwer verjaagt de revolutie zijn klanten. Er moet toch brood op de plank komen? Andere klanten komen er voor in de plaats, maar echt gelukkig is hij daar niet mee. En voor de vondeling Catho, de letterlijk -verworpene, biedt de nieuwe samenleving kansen, maar de wereld is nog steeds even hard en meedogenloos. De revolutie heeft honger en velen worden daar het slachtoffer van.
Het is weer een echt Van Leeuwen-boek; het zwiert en zwaait van het een naar het ander, licht en donker wisselen elkaar af. Ik moest aan Goya denken, aan zijn schilderijen over oorlog. De tegenstelling tussen die drie kleine leventjes en dat grote monster, dat Revolutie heet, is mooi uitgewerkt.
Is dit boek de terechte winnaar? Kun je appels met peren vergelijken?  Hier is een lijst met vorige kandidaten en winnaars.

klik hier

Als de tijd er overheen gegaan is, weet je het pas echt welk boek beklijft en welk boek vervaagt in je geheugen. Sommige hoofdpersonen leven voort in je hoofd, die worden een soort familie. Afwachten maar.


File:Eugène Delacroix - La liberté guidant le peuple.jpg
bron: wikipedia


Joke van Leeuwen is een multi-talent, met een indrukwekkende lijst boeken en een gevulde prijzenkast:
klik hier


maandag 11 november 2013

Dwergte (3), Pekela, Cloppenburg....

Even wat leuke plaatjes.
De eerste foto is gemaakt in de Katholieke kerk in Oude Pekela.


De tegels komen van Villeroy en Boch, uit Mettlach. Ja, daar heb ik het wel vaker over gehad. En kijk eens wat we vorige week in de kerk in Cloppenburg zagen?


 Komt uit dezelfde catalogus. Voor het mooi nog een foto van de muren en het gangpad.







 En voor het leuk een foto van het interieur van de kerk in Mettlach zelf





Ik las eens in een detective de uitdrukking: één (dode) is toeval, twee is verdacht en drie is moord.
In dit geval zou ik zeggen: één is toeval, twee is opmerkelijk en drie is een patroon. Ik ga op zoek naar die derde (en meer).



zondag 10 november 2013

Dwergte (2)

Je hoeft maar een paar uur rond te rijden en het is volkomen duidelijk: deze streek is uitgesproken katholiek. De manier waarop het geloof hier wordt uitgedragen is anders dan bijvoorbeeld in Limburg, en ook weer anders dan rond Trier en Saarburg, waar wij ook regelmatig komen. 
Als je bij Bellingwolde of Oudeschans de grens over gaat rijd je al gauw langs kapelletjes. In de berm geplaatst, vaak bij een bocht, onder wat bomen, staat daar meestal een Mariabeeld, een enkele keer Christus aan het kruis. Ik weet niet hoe dat gaat; misschien besluit de kerkgemeenschap daar een kapel te plaatsen, of soms een particulier die een belofte nakomt. Ik denk dat het plekjes voor bezinning zijn, voor dankzegging of een verzoek, een stille wens. Een ieder die er langs komt kan er letterlijk en figuurlijk even stilstaan
In Dwergter en omstreken is het anders. Daar hebben particulieren in hun tuin grote kruisbeelden staan, met het gezicht naar de weg gekeerd.


Im Kreuz ist Heil! staat hier op het bordje. Op sommige plaatsen staan er drie op 50 meter afstand van elkaar. Deze mensen hebben die dingen niet voor zichzelf geplaatst, maar voor de voorbijganger. En ik vermoed een vorm van ijverzucht, naar de buren, naar het dorp: "Wij zijn pas echt goed bezig".
Na een paar dagen begint je op te vallen dat veel van die Christusfiguren erg op elkaar lijken: zelfde materiaal, zelfde koppie, zelfde buikje.
Weg romantische notie van ambachtelijke creaties, het zijn fabrieken waar ze die dingen maken. Ik heb even op internet gezocht, je komt al gauw bij sites waar ze zonder aanzien des persoons alle soorten van heilig verkopen: Maria, Buddha, Christus....
Maar laten we nog even bij Dwergte en omgeving blijven. Tegenover dit crucifix staat de Heilige-Konradkapel.


Ook de taxus is in stijl.



In Molbergen staan naast de kerk een aantal panden waarin katholieke organisaties huizen. Dit soort huizen hebben we al meer gezien, ze zijn blijkbaar kenmerkend voor de streek.



In de horizontale balken staan vaak godsvruchtige teksten gebeiteld.


Katholische öffentliche Bücherei
Hier staat bijvoorbeeld:  Ein gutes Buch ist Pflug und Schwert und mehr als tausend Taler wert
Daar ben ik het volkomen mee eens, al denk ik dat ik het begrip "Goed Boek" wat ruimer opvat.

Je kunt er van alles van vinden, maar waarom zou je er meteen een mening op loslaten? Andere mensen leven anders, daar kun je naar kijken, daar kun je van leren en dat is al heel wat.