woensdag 30 april 2014

Wandelen bij Bourtange

Ten westen van de vesting Bourtange ligt een Redoute, dat is een kleine, geheel omsloten veldschans met alleen uitspringende hoeken.


Toen we destijds de gele vensters van National Geographic bekeken, hebben we de Soldatendijk ontdekt (zie Vensters op Oost-Groningen: Bourtange, 26 december 2012). Daar wilden we vandaag over lopen, naar Duitsland en dan langs de weg weer terug.

We parkeerden aan de Bakovenweg, liepen door het hek en naar boven. En ja, daar zagen we het al. Op en langs de dijk stonden paarden. Daar kun je beter niet te dicht bij komen, zeker niet in deze tijd van het jaar, en zeker niet met een hondje.



Dan maar lángs het natuurgebied in plaats van er doorheen. Ook mooi.

kleine rode zuringplantjes



berkenopschot: ontelbaar veel boompjes

Na een poosje lopen schemerde de vestingwal tussen de bomen. We volgden de buitenste gracht.




En door het dorp weer terug. De kastanjes voor de dorpsschool in volle bloei, een pleintje om te spelen, net Ot en Sien.


Nog een klein stukje buitenom. Hier zaten de aardappels al weer in de grond.


De auto stond bij een tuin met resten van een vestingwal met een natuurkijkvijver. Betreden was volgens weer een ander bordje levensgevaarlijk. De wallen zullen wel instabiel zijn.



Nog even een kaartje met de route.



De totale lengte was zo'n 2,7 km. dus dat viel mee. Precies goed voor een druilerige zondagmiddag.

maandag 28 april 2014

Oranje!

Voor de winkels wordt het geen topdag, geen topweek, nee, het worden topmaanden.

Ga maar na: vanaf Pasen




Via Koningsdag en 5 mei





regelrecht naar het voetbal in Brazilië.

Alles oranje wat de klok slaat. Dus toen ik in de super deze doos zag staan bezweek ik onmiddelijk. 



Oranje snap ik, sinaasappel is natuurlijk een lekkere frisse smaak voor de lente/zomer, maar Samba?! Ik dacht eerst dat het naar Maxima verwees: ook Zuid-Amerikaans en zo. Maar de Samba komt toch niet niet uit Argentinië?
"WK, Brazilië", legde zoon geduldig uit. O ja, dat was ik al weer vergeten. Je ziet, voetbal is niet echt mijn ding.
En ja, de Samba komt daar vandaan. Blijft de vraag wat kwarktaart met een Zuid-Amerikaanse dans te maken heeft, maar laat ik niet flauw doen.

De taart is vlug gemaakt, even een paar foto's.






 Hij smaakt beter als je hem een dag van te voren maakt en in de koelkast bewaart.

Ik heb me voorgenomen de komende tijd wat oranje-recepten op te zoeken, te bereiden en hier te beschrijven. Op het programma staat in ieder geval een échte sinaasappeltaart.
En ik ga vooral genieten van de grenzeloze creativiteit in de Oranje-gekte.

Als smaakmaker alvast deze:

ook al samba!

Geen Tijgernootjes maar Leeuwnootjes. Leuk bedacht, hoor.

zondag 27 april 2014

Hunebedden: Westenesch D44

Bij de vorige hunebedden (D46 en D47) stonden paaltjes met R.E: Rijks Eigendom. Het Rijk heeft in totaal 31 hunebedden in bezit, de provincie Drenthe heeft er 22.




Maar het kan ook anders. In Westenesch, een dorp dat grenst aan Emmen, staat een hunebed(-rest) op particulier terrein. Sterker nog: ook het hunebed zelf is particulier bezit.




We hebben vanaf de straat een paar foto's gemaakt. Tenslotte hebben die mensen ook recht op privacy. Bijzonder lijkt het me wel, een echt hunebed op je erf. Er is bar weinig van over; een paar stenen maar. Ooit maakte het deel uit van een varkensstal, schijnt het.
En dat er nog wat over is mag wel een wonder heten. In één van de stenen zitten boorgaten.



Die was ook hard op weg om in kleinere stukken afgevoerd te worden. Van Giffen heeft het hunebed in 1961 onderzocht en, voor zover mogelijk, gerestaureerd. Leuk om te zien, klaar, verder maar weer.



Westenesch ligt in de gemeente Emmen.
N 52 47.268
E 006 52.326

Bron: Gids voor hunebedden in Drenthe en Groningen

Foto's van Aag zelf



woensdag 23 april 2014

Uitgelezen: Ik vervloek de rivier des tijds

Per Petterson: Ik vervloek de rivier des tijds.


Toen onlangs in DWDD Per Petterson werd aanbevolen, en ik daags daarna een titel van hem in de bieb zag staan heb ik hem maar meegenomen..

 


Ik was kort daarvoor al begonnen in Zoon van Karl Ove Knausgard. Het is niet overdreven om te zeggen dat de serie boeken van Karl Ove Knausgard, Mijn Strijd geheten, een hype is. Een wereldwijde hype zelfs. De arme man, hij schijnt het vreselijk te vinden. "De nieuwe Proust, " las ik vanochtend ergens. En wat mij betreft terecht hoor, ik vind het adembenemend.

Wie was er eerder: Kanusgard of Petterson? De laatstegenoemde, zijn eerste boek verscheen al in 1987, terwijl Knausgard in 1998 debuteerde. Wat ik me dus afvraag is of we nu een golf Skandinavische boeken over opgroeiende mannen krijgen, met allemaal hun eigen jeugdtrauma's. etc?
Maar dit alles terzijde, het gaat hier om "Ik vervloek de rivier des tijds".

De titel is een citaat uit een gedicht van Mao. De hoofdpersoon doet zijn best een "echte" communist te zijn: hij stopt met school, gaat aan het werk als arbeider en leest dus Mao's gedichten. 
En ja, alweer een boek over een opgroeiende jonge man, en, deze keer, over zijn relatie met zijn moeder. Die moeder komt trouwens het beste uit de verf. Een stoer wijf, om maar eens kort door te bocht te zeilen.
Als je de recensies leest, gaat het vaak over wat weggelaten wordt in dit boek, wat niet uitgesproken wordt. Gedacht wordt er genoeg, maar niet veel gepraat.

Kijk eens naar een interessante uitzending van Stine Jensen over Noorwegen, over "een goed mens zijn" en de voortdurende onderdrukking van gevoelens. Uiteraard gaat het al snel over Breivik.

om te kijken: klik hier.

Deze uitzending stelde mijn beeld van Noorwegen aanzienlijk bij. En ik denk dat dit boek van Petterson naadloos past in het profiel van de Noorse samenleving, zoals die hier wordt geschetst. Aan de rand van Europa met een eigen cultuur wordt die samenleving middels moderne media misschien verder geopend. Je weet het niet. Toekomstige schrijvers zullen er wellicht verslag van doen.

Ondertussen is de laatst vertaalde titel (die van in DWDD) niet aan te slepen: Twee wegen, ook uitgegeven bij De Geus.

dinsdag 22 april 2014

Een leuke tandarts, die bestaat dus echt.

Ik moet een jaar of vijf geweest zijn. Mijn eerste herinnering aan de tandarts: fel licht, een enorme worsteling en een vrouwenstem die opgewonden roept.
Bijvoorbeeld: "Knijp haar neus dicht".  Een grote hand over mijn neusje. Ik bijt mijn tanden op elkaar en haal sissend adem door mijn mond. Een man lacht. Iemand roept: "Prik haar, prik haar. Ik heb wel een veiligheidsspeld". Maar de man zegt dat het genoeg is. Ik word losgelaten. Mijn moeder is boos op mij, maar het gevoel van opluchting en ook de triomf, dat ik gewonnen heb, dat mijn wil niet is gebroken, overheerst alles.
Dat ik tot mijn vijftigste doodsbang ben om naar de tandarts te gaan (behalve gedurende enkele jaren dat ik bij een lieverd in Groningen terecht kon) is misschien niet vreemd. Er zijn meerdere redenen waarom ik heden ten dage met een gammel bekje rondloop, maar "we hebben het onder controle".
De echte omslag kwam toen ik in het UMCG een schat van een aanstaande kaakchirurg trof die mij uitbundig prees. Dat was me nou nog nooit overkomen. En opeens wist ik waarom ik altijd bang was geweest. En ik begreep ook dat ik dat niet meer hoefde te zijn. Ik zocht en vond mezelf een tandartspraktijk waar ik me veilig voel.
Er werkt een groep mensen, die vrolijk met elkaar omgaan. Er wordt altijd gelachen. En: het stinkt er niet! En: je hoort in de wachtkamer geen gierende boortjes! Wat een verschil met vroeger. Wat een verschil ook met andere praktijken.
Van buiten ziet het er al vrolijk uit. Kijk nou toch



Vorige week zag ik iets nieuws. Uniek in Nederland, als je het mij vraagt.



Lief he? Maar wie neemt nou zijn hondje mee naar de tandarts?  De volgende keer zal ik er eens naar vragen.
Dat ik dat nog mag meemaken, dat ik onbezorgd uitkijk naar mijn volgende tandartsbezoek. Hoera voor Madeleen en de Tandartspraktijk in Veendam!

maandag 21 april 2014

Hunebedden: D46, D47

In en rond Emmen liggen een behoorlijk aantal hunebedden. Een deel ervan hebben we de laatste tijd bezocht.
In de wijk Angelslo liggen hunebed D46 en D47, beide in een grote groene ruimte tussen diverse types woningen.
Inmiddels heb ik begrepen dat Angelslo (gebouwd in de jaren zestig van de vorige eeuw) internationale bekendheid genoot als een rationeel en vooruitstrevend ontwerp.

voor info: klik hier.

Ik vermoed dat er over het sociaal-economische profiel van de bewoners en hun onderlinge contacten wel wat studies te verrichten zijn. Het was in ieder geval bijzonder om daar eens rond te lopen.

Er was inderdaad veel groen en ruimte, en daar vind je dan de twee hunebedden.

Hunebed D46 ligt in een hoekje van het park. Het is niet erg groot, dekstenen ontbreken en er zijn geen kransstenen.



In één van de stenen zijn wel duidelijk boorgaten te zien.



Helemaal aan de andere kant van het park ligt hunebed D47. Ook dit hunebed is niet bijzonder groot.



Het ligt mooi in een kuiltje, minder fraai is de graffiti op één van de stenen.



Om de stand van zaken duidelijk te maken staan er twee paaltjes met de letters R.E



Rijks Eigendom! Ik vermoed dat men wil zeggen: "Blijf af. Is niet van jou!". Terwijl ik altijd denk: het Rijk, dat zijn wij allemaal. Enfin, zoals het daar ligt, tussen al die huizen, het heeft iets vervreemdends.


Misschien stonden er, toen het hunebed gebouwd werd, ook wel huizen omheen. En in die huizen woonden vaders en moeders en kinderen, net als nu. Met feestjes en zorgen, geboorte en dood. Al die mensen, die gewoon hun best doen om wat van het leven te maken. Als je het zo bekijkt, dan is het toch mooi dat die stenen er nog zijn, om ons daar aan te herinneren.

Angelslo is een wijk in de gemeente Emmen
D46: N 52 47.030  E006 56.143
D47: N 52 46,873  E006 56.253


Foto's: P.M. van der Ploeg en van Aag zelf

maandag 14 april 2014

Uitgelezen: Het smalle pad van de liefde




 Vonne van der Meer: Het smalle pad van de liefde.

Voor in een bibliotheekboek zit altijd een wit velletje papier geplakt met daarop een aantal gegevens: de uitgeverij, de schrijver, de titel, het isbn-nummer. Er staat: 20 cm (bizar) en een samenvatting van twee zinnen.
Vervolgens staan er nog drie trefwoorden:

Overspel.
Het verhaal begint met één persoon, Floris. Er hoort een gezin bij Floris. Een vreselijke gebeurtenis hakt op dat gezin in. Van der Meer weet in enkele bladzijden een huwelijksrelatie te schetsen, daarna, met een paar zinnen, opent ze de hel op aarde voor jonge ouders. Ze kruipt onder de huid bij Floris, neemt dan weer afstand, van ver laat ze het getroffen gezin even betijen. Een tweede familie dient zich aan, naadloos voegen de hoofdpersonen zich bij elkaar. En ja, van het een komt het ander, zo makkelijk gaat dat: een stap te ver, een nieuwe relatie, verborgen en verboden. Het boek eindigt met één persoon: May.

Schuldgevoelens.
Floris wordt geteisterd door schuldgevoelens. In hoeverre Francoise, zijn vrouw, zich schuldig voelt, komt niet echt uit de verf. May voelt zich zeker schuldig. Al die schuld, hoe ga je daar mee om?

Geloofsbeleving.
Het voornaamste thema van dit boek is volgens mij Geloof. En dan niet het geloof in God, maar het geloof in Geloven. Geloof biedt houvast in de vorm van rituelen en woorden. Geloof betekent vergiffenis, verlossing van schuld. Geloofsgenoten vormen een gemeenschap, waarbinnen je je welkom kunt voelen; die je veiligheid en zekerheid biedt. En ook het geloof dat "in voor- en tegenspoed" en "tot de dood ons scheidt" haalbaar is.

Ik heb meerdere boeken van Vonne van der Meer gelezen, maar hier is ze toch wel meesterlijk bezig: alle facetten van het verhaal hebben een plaats en een functie. Ze heeft alle touwtjes strak in handen.

Vonne van der Meer heeft zich op latere leeftijd bij de Katholieke Kerk aangesloten. En dan merk je hoe seculier de literaire wereld in Nederland is, want met die non verderop in het verhaal, en die geloofsvragen, daar worstelen de recensenten een beetje mee. Die zien geloofsbelevenis misschien liever als iets folkloristisch? De behoefte aan rituelen herkent iedereen, vooral in tijden van nood kunnen die troost bieden. Maar de volgende stap, May's overgave aan een spirituele ervaring in een kerk, dat is een ander verhaal. Dat intelligente mensen, zoals schrijvers, zich wenden tot God en Kerk, dat roept een zachte verwondering op (en dan hebben we het nog niet over de onversneden woede en diepe weerzin bij sommige mensen), waar verder niet te veel over wordt gesproken. Geloven is een taboe in de grachtengordel. Behalve bij Vonne van der Meer, die er onverdroten over schrijft en praat. Ja jongens, ook dat is de realiteit voor heel veel mensen, wen er maar aan.



donderdag 10 april 2014

Wandelen in Westervelde

Wat is internet toch geweldig. Ik volg Wandelen in Westerwolde, en hup, daar diende Wandelen rond Roden  zich aan. Mooie site hoor.
Ik koos een wandeling uit die ons hondje ook aan zou kunnen en zocht de beste dag van de week uit (wat weersverwachting betrof).
Gistermiddag was het zover: op naar Westervelde, grofweg tussen Norg en Haulerwijk.
We parkeerden bij het hunebed D2 en werden naar het dorp gestuurd. Het is een prachtig dorpje, een aanzienlijk aantal boerderijen zijn rijksmonument.


Aan het eind van het dorp ligt de Tonckensborg: een eeuwenoud huis; al in 1630 wordt er melding gemaakt van een woning. We worden letterlijk het bos in gestuurd en lopen langs de borg.

Huis te Westervelde/ Tonckensborg



De wandeling voert ons door verschillende soorten bos: naaldbos, ooit aangelegd voor productie: Een centimeters dikke laag van naaldjes: dat loopt zo zacht, het geeft een beetje mee onder je voeten.



Linksaf, rechtsaf, hoewel er geen gekleurde paaltjes zijn, is het pad goed zichtbaar. Samen met de geprinte routebeschrijving + kaart kunnen we goed vooruit.


We mogen kiezen: over het "moeraspad" of over droge paden? Moeras natuurlijk! Dit deel, het Tonckensbos, wordt langzaam maar zeker natter. Het bos bevindt zich in een overgangsfase: bomen die niet van een hoge waterstand houden, leggen één voor één het loodje. Ze blijven liggen tot ze volledig zijn vergaan, en dat levert soms een spectaculaire aanblik. Links en rechts staat het water tot aan de rand. Jonge berken blinken met hun witte stammetjes. De bodem veert, mos en grassen, verzadigd van water. Ik blijf foto's maken.







Dan zijn we weer bij een van de brede doorgangswegen. Grote trekkersporen, hier wordt gewerkt. We volgen de route, en gaan weer een klein paadje op.
Een jong loofbos is dit. Met mini-boompjes:


Een draad verpert ons de weg: open maken, er doorheen en weer vastmaken. Een breed zandpad, dat een zichtas vormt voor het Huis.





Weer een draad losmaken, doorsteken en vastmaken. Hier is opeens een perceel met aanplant van coniferen. Dat begrijpen we niet echt. Waarom plant je naaldhout aan, als je het tegelijkertijd kapt? Dit stuk schijnt door Natuurmonumenten beheerd te worden, toch eens navragen.

Verder maar weer. Uiteindelijk komen we weer bij de doorgaande weg. Terug door het dorp, naar de auto.



En deze zagen we dan ook nog even:

het blijft geweldig!

Het was een erg mooie wandeling. Een paar tips:
De aanbevolen parkeerplaats grenst aan het erf van een boerderij/stoeterij. Het is een druk bedrijf, trekkers rijden af en aan, en toen wij er waren stond het vol met paardentrailers, we konden er niet goed wegkomen. In het dorp heb ik geen goede parkeermogelijkheden gezien, maar dit was ook niet handig.
Ten tweede zijn er op de boerderij en in het dorp nogal wat erfhonden. Er is niets gebeurd, hoor, maar rustig met je hondje lopen was niet goed mogelijk (al was hij aangelijnd). De volgende keer proberen we aan het eind van het dorp te parkeren of laten we de hond thuis.

voor de route: klik hier

Westervelde ligt in de gemeente Noordenveld

Foto's: van Aag zelf. 

dinsdag 8 april 2014

Thee met suiker

Laten we het eens over suiker hebben. Om te beginnen: ik heb niets tegen suiker op zich. Gisteravond at ik een kommetje rijstepap met bruine suiker, lekker. Waar het mij om gaat zijn de verborgen suikers.

Een voorbeeld. Enige tijd geleden was ik op weg naar huis, na een dagje uit. Ik had tussen de middag een salade met gerookte makreel gegeten, heerlijk, maar wat een dorst. Tijdens een overstap op station Groningen kocht ik een flesje drinken. Een wand vol mogelijkheden; ik koos voor een flesje Lipton Ice Tea, green tea. (En nou niet roepen dat ik ook gewoon water had kunnen nemen. Een beetje variatie houd het leven spannend).
In de trein bestudeerde ik het etiket. Hoeveel suiker zit er in zo'n flesje?





Om te beginnen is het gezoet met stevia-extract. Dat spul is superzoet, dat er dan nog suiker en fructose aan toegevoegd wordt vind ik al opmerkelijk.
Ze zijn sneaky hoor. Op het etiket komt eerst de hoeveelheid suiker per 100 ml: 4,5 gram.
Dan per glas/ portie (250ml): 11 gram (ja, naar beneden afgerond, maar vooruit).

En daar heb je het. Ze zeggen er keurig bij dat een flesje 2 porties bevat. Maar hoeveel mensen kopen nu een flesje, om het half leeg te drinken, de rest thuis in de koelkast te zetten en het de volgende dag weer mee te nemen? Volgens mij drinken de meeste mensen zo'n flesje gewoon leeg.
Eén flesje: 22,5 gram suiker. Dat is bijna 25% van de aangeraden hoeveelheid per dag.
Maar goed, laten we er van uit gaan dat je één portie neemt.




Stel dat dit een glaasje zelfgezette thee is, of zelfgemaakte ijsthee. Je hebt er een zoetje ingedaan, of een druppel stevia. Gooi je er nu echt nog zoveel suikerklontjes bij?

2 1/2 klontje = 11 gram
En heus, dat valt nog mee vergeleken met andere frisdranken. Ik ben benieuwd hoeveel er eigenlijk in de zogenaamde "gezonde" drankjes zitten. Planken vol om te bestuderen.


Over Lipton Tea heeft de Keuringsdienst van Waarde een interessante uitzending gemaakt. Bij deze een foto




en nog een

let op de bruine korreltjes

en een linkje:  klik hier


Ik had deze thee gekocht, zonder echt op te letten. Zo zie je maar dat je altijd ogen op steeltjes moet hebben.
Tijd om ook de andere theemerken onder de loep te nemen. Ik verheug me er nu al op.

zondag 6 april 2014

Wandelen in Westerwolde: De Hoorndermeden

Gezellig hoor, een dagje regen. Je leest wat, rommelt wat met foto's. Maar als het aan het eind van de middag toch nog droog wordt, kriebelt het: even een stukje wandelen.

Een korte route dan maar: de Hoorndermeden, bij Wedde. Vlakbij en slechts 4 kilometer, dat moet te doen zijn.

We parkeren bij het Waterschapsgebouw (hoewel er nu, geloof ik, ambtenaren van de gemeente werken?) tegenover de borg/burcht.


Als je langs het gebouw naar achteren loopt en dan richting het water gaat vind je het pad. Lopen maar. Vorig zomer hebben we hier ijsvogeltjes gezien, maar nu is het stil. Het landschap is hier wat glooiend. Volgens De Spectrumatlas van de Nederlandse Landschappen is Westerwolde een dekzandgebied, dat gekenmerkt wordt door een afwisseling van lage en hoge gronden met daar doorheen slingerende beken. Kijk om je heen en je ziet wat daarmee wordt bedoeld!




Het pad volgt het water van de Westerwoldse Aa. Zo langzamerhand krijgen de Aa's in deze hoek van de provincie alle ruimte om te draaien en te kronkelen. Een deel heeft nog een agrarische bestemming: vorig zomer bloeide er lupine (varkensvoer). Het is wonderbaarlijk hoe snel het landschap verandert.


Met al dat water moet je wel eens een bruggetje over. Omdat er vandaag geen grazers zijn (koeien of schapen) mocht de hond mee. Die vond dat raster wel wat pijnlijk aan zijn pootjes.
We volgen het pad tot we bij een grotere houten brug komen. Daar kunnen we oversteken en lopen dan weer richting de weg.



Dat de Hoorndermeden nu een natuurgebied vormen, is nog niet overal doorgedrongen:



Maar ja, de EGD is ook al minstens twee keer van naam veranderd (EDON, Essent), echt up-to-date is het dus niet. Eigenlijk wel zo leuk.

Langs de weg lopen we terug. In de verte zien we weer de markante blauwe boorden aan het waterschapgebouw.



Ik vind het goed gekozen, en het gebouw ligt ook mooi in het landschap. Overigens: je kunt in de buurt kano's huren, dat moeten we toch ook maar eens doen. Komende zomer of zo. Voor vandaag was het wel genoeg.


Wedde ligt in de gemeente Vlagtwedde

foto's van Aag zelf.