zondag 31 december 2017

Het jaar in boeken

Ik heb dit jaar 53 boeken gelezen, net zoveel als vorig jaar. Al met al geen slechte score, want het was een zwaar jaar. Er waren tijden dat lezen niet ging. Ik zat dan domweg naar stilte te luisteren.
Net als vorig jaar heb ik een leesdossier bijgehouden, en dus kan ik precies nalezen hoe de verdeling vrouw-man is (18- 35), dat ik vier non-fictie boeken heb gelezen, en een groot aandeel uit detectives/thrillers bestond.



Het oudste boek was uit 1817 (Persuasion, Jane Austen) en het meest recente uit 2017 (Jasper en zijn knecht, Gerbrand Bakker). Een mooie spreiding dus, over twee eeuwen. Dat geeft wat mij betreft meteen aan wat boeken betekenen: ze leggen verbindingen door tijden en over afstanden heen.

Ik heb mijn boekige voornemens van vorig jaar er op nagelezen. Die extra titel van Dickens is me gelukt. Behalve Great Expectations heb ik ook nog A Tale of Two Cities gelezen. Wie wil lezen hoe blinde haat en waanzin over elkaar heen schuiven en hoe burgers elkaar naar het leven staan; lees het. Ik moest voortdurend aan IS denken. Een belangrijk, maar gruwelijk boek.




Lang leve de social media. In Portland, Oregon woont Alicia Paulson. Ze heeft een man, een dochtertje, een schattig huis en gouden handjes, waarmee ze breit en naait en borduurt en ontwerpt. Daarnaast is het mateloos interessant om te zien hoe het "gewone" leven er voor mensen daar uitziet. Alicia vroeg om leestips aan haar volgers, graag voor nondepressing books. Uit de vele suggesties stelde ze een lijst samen, waar ik, op mijn beurt, dankbaar gebruik van maak. Is het niet magisch? Dat iemand uit Japan een boek aanraadt aan iemand in de VS, waarna iemand uit Nederland daar ook plezier aan beleeft?

De top drie van dit jaar, in willekeurige volgorde:


Soms wordt de oorlogszuchtige taal van Amerikanen verklaard uit het feit dat ze hun oorlogen op andermans grondgebied uitvechten. Het verhaal in dit boek speelt zich af rond 1860-1870 en de hoofdpersoon is een oude man, Hij heeft meegevochten in drie oorlogen. Alle drie binnen de VS.
Toen ik dat las kantelde mijn beeld weer wat.
Gelukkig heeft Paulette Jiles meer geschreven.  Driemaal raden wat ik in het nieuwe jaar ga bestellen. (Deze kwam van de bieb (lang leve de bibliotheek)).



Gerbrand Bakker is een geweldige schrijver, maar het waren vooral de passages over depressies die mij aanspraken. Zoals hij erover schrijft, zo is het. Een ander pluspunt: hij woont tegenwoordig voornamelijk in de Eifel, in een gebied dat wij inmiddels ook goed kennen. Dat is een feest van herkenning.



Leuk, ontroerend, leerzaam en belangrijk. Als ik er maar één zou mogen aanraden, dan is het deze. Ook in het Nederlands verkrijgbaar.

En nu ben ik bezig met het nieuwe jaar. Weer een Dickens, liefst twee. Meer non-fictie. En gewoon meer lezen. De stapeltjes liggen al klaar. Voorpret is ook pret.

Bij deze: veel leesplezier in het nieuwe jaar!




Wie al mijn gelezen titels wil zien, kijk op Pinterest, button rechtsboven, board Elke week een boek 2017.

 Het blog van Alicia: klik hier



woensdag 27 december 2017

Kip en kalkoen in pekel en in de oven.

Er bestaat zoiets als Koopeenkoe.nl, daar bestellen we wel eens een pakket. Ruim voor kerst kwamen ze met wat nieuws: kalkoen voor de kerst! Met een leuk verhaal erbij en een filmpje.




Na een poosje nadenken besloten we het te proberen. En om ons goed voor te bereiden gingen we eerst oefenen met een kip. Maar dan wel met een goede kip, van www.waddenvarkens.nl.
Op de markt in Groningen kochten we bij de kraam van de familie Spa een stevige kip van ruim 2 kilo. Thuis zocht ik het recept van Sylvia Witteman op.
Ik geef hier de link.
Kip in de pekel
Onze kip ging in ruim drie liter pekelwater, met een in plakken gesneden citroen, 4 tenen knoflook en 2 takjes rozemarijn.

kip in de pekel

Volgens de aanwijzingen afspoelen, de smaakmakers in de buikholte met een flinke klont boter en in de braadslee in de oven.
We hadden geen roostertje, dus ze lag in een plasje water. Even zo goed was het resultaat fantastisch. Een goudbruin gebakken kip. Knapperig vel, maar boterzacht vlees. Totaal niet uitgedroogd. En de smaak was overweldigend. Ik zat opeens weer aan de kerstmaaltijd in mijn jeugd, toen kip niet een smakeloos massaproduct was, maar een feestmaaltijd.


Dit was niet te vergelijken met de kip die je normalerwijze koopt, ook niet met de scharrelkip uit de supermarkt. Waarom, o, waarom, gaan we akkoord met die smakeloze eiwit-produkten? Gemak, de prijs etc. ik weet het wel.
Zo'n kip kost veel geld, ja. Dat doe je dus bij uitzondering. Maar we hebben er wel met drie mensen drie dagen van gegeten. Dag één de kip zoals hij was. Dag twee hebben we hem kaalgeplukt, het vlees heb ik in tweeën gedeeld. Van het ene deel maakten we ragout. Dag drie hebben we het laatste deel door een salade met selderij,walnoten, etc. gesneden. Was ik wat zuiniger geweest, dan hadden we er ook vier dagen van kunnen eten. En dan wordt het verhaal over de kostprijs al weer wat anders.

Toen kwam de kalkoen.


Die ging ook in een pekelbad, deze keer met sinaasappels ipv citroenen.



Ik had een vulling uitgezocht met appels, uien, gedroogd fruit en walnoten, en blokjes brood. Het bijgeleverde recept voor de vulling schreef worst voor. Vast heel lekker, maar ik vond dat we zo al genoeg dood beest hadden. Een deel van de vulling heb ik in de kalkoen gepropt, wat overbleef heb ik apart in een ovenschaal gebakken.

vulling in de maak

Vervolgens ging ik de fout in. De kalkoen legden we in de braadslee, in plaats daarvan hadden we hem op het ovenrooster moeten leggen met de braadslede er onder (stom!). Ik wisselde tussen de bereidingswijze van drie recepten, wat temperatuur en zo betrof.




Ook dom, kies één recept en houd je daar aan! Uiteindelijk was de kalkoen precies op de getimede tijd gaar. Maar het velletje was niet knapperig, dat was jammer.

één grote, gare kalkoen

Zo heerlijk als de kip was hij niet, maar echt wel lekker. Ze hebben er drie keer van genomen, dat zegt toch wel iets. De vulling in de kalkoen had geen meerwaarde, de vulling uit de ovenschaal ging wel.

Nou niet denken: wat jammer, mislukt, dat doe ik nooit weer! Boek het onder het hoofdstuk Ervaringen. Ik heb er van geleerd dat:
Pekelen geweldig werkt, ik kan het iedereen aanraden.
De begintemperatuur echt hoog moet, zeker 200 graden.
De vulling beter apart kan, en hoog op smaak moet zijn. Of helemaal geen vulling: wat smaakmakers (knoflook, kruiden, boter) zijn genoeg.
De kalkoen beter op een rooster kan liggen.

Voorlopig geen kalkoen meer op het menu. Maar we verheugen ons al op een groot ribstuk en een wilde gans en met Pasen of zo weer zo'n geweldige kip.

linkjes!
waddenvarkens
koop een koe

donderdag 30 november 2017

Huis te koop





Ik droomde dat het huis verkocht was. En dat ik er geheel toevallig langs kwam, toen de nieuwe bewoner open huis hield voor de buren. Ik zag hen lopen, en door het grote raam zag ik de nieuwe eigenaar. "Wat een vreselijk mens" dacht ik geschrokken. En toen werd ik wakker. De rest van de dag een beetje van de leg.

Het huis moest leeg. Het huis moet worden verkocht. Allemaal goed. Dat iemand het binnenkort koopt, ja graag. Maar dat er mensen in gaan slapen, eten, ruzie maken, kortom, leven, dat was niet echt doorgedrongen. Wat gek. Maar ook dat idee went.


Het is nog niet zover, maar van mij mag het. Laat het tweede seizoen van de levensechte serie Aan Weg Nummer Zoveel te B. beginnen, met een geheel nieuwe cast.


woensdag 22 november 2017

Met oprechte deelneming

Vreemd woord eigenlijk, deelneming. Zoals met veel vaste uitdrukkingen; je gebruikt ze zonder nadenken en pas als je ze nader bekijkt komen er allerlei vragen bij je op. Neem je deel aan het verdriet van die ander?  "Stil maar, ik neem een stukje van jouw verdriet, dan is het minder zwaar." Zo troostrijk.

Bij het op- en leegruimen van het ouderlijk huis dook er opeens een doos op.




Tot de rand gevuld met brieven en kaarten die aan ons, de nabestaanden, werden gestuurd na het overlijden van ons moeder. Mijn vader kreeg ze in de brievenbus, opende ze, las ze, stopte ze in een doos en wij, de dochters, zagen ze meer dan 20 jaar later voor het eerst.




Zussen hebben ze bekeken en nu stond de doos bij mij, tussen alle andere dozen. Wilde ik op dit moment alles lezen? Nee. Later wel, niet nu. Ik besloot een lijst te maken van de mensen die iets gestuurd hadden. Je denkt wel dat je alles onthoud, maar dat valt vies tegen. En ook: dat ik weet wie Jan, Piet en Klaas zijn, houdt niet in dat mijn jongere zussen dat weten.


Al doende ontstond er een verdeling, die meer was dan de verzameling bekenden van mijn ouders.
Ik kan ze als volgt indelen, waarbij in veel gevallen sprake is van een overlap (je kunt bevriend zijn met je buren, bepaalde kennissen hebben een meubelzaak enz.).

- familie
- vrienden
- collega's
- buren
- middenstanders

Mijn ouders woonden sinds 1965 in een dorp in Drenthe. In een dorp zijn niet alleen de mensen die pal naast je wonen de buren. Het is iedereen die in de buurt woont. En dan niet het begrip buurt zoals straat en wijk, maar buurt zoals nabijheid. Dat kan een behoorlijk groot gebied zijn. Daarbij komt dan ook nog dat als bv. Buurman Hoving (verzonnen naam) verhuist naar een seniorenappartement aan de andere kant van het dorp, hij tóch Buurman Hoving blijft heten.

Volgende punt. Mijn moeder behoorde tot de generatie van vrouwen die vriendelijk doch beslist werden weggestuurd als ze trouwden. "Vertrokken met eervol ontslag".



Dat was uitermate frustrerend, maar niet alleen kommer en kwel. Er was veel meer tijd voor het onderhouden van sociale contacten. Bijna elke week was er wel iemand jarig, iemand van het clubje vrouwen van de collega's, of iemand van de buren. Dan ging je 's ochtends op de koffie, en om 11 uur kwam de sherry op tafel. Gezellig. (Als ik terugdenk aan mijn jeugd, dan valt me keer op keer op hoeveel er werd gedronken en gerookt). Ook mijn vader heeft tot kort voor zijn overlijden de verjaardags- /koffievisite's van de buren bezocht. Als je jaar in, jaar uit naar de verjaardagen van je buren gaat, kom je daar ook elke keer hun vrienden/kennissen tegen, die op hun beurt jouw kennissen worden. Je kennissenkring bestaat dan ook niet alleen uit mensen met dezelfde leeftijd, interesse of werkzaamheden (school vd kinderen, verenigingen, werk) maar is veel diverser.
Na dertig jaar in een dorp ken je dan wel zo'n beetje iedereen, of je kent iemand die iemand kent. De lijntjes zijn kort. De sociale controle kan heel verstikkend zijn, maar heeft ook beslist voordelen.

Tenslotte:
- de middenstanders. Bedenk, er was geen internet. Mijn ouders hadden geen auto, geen rijbewijs. Alles in ons huis kwam uit het dorp. Meubels, behang, sanitair, tandenborstels, sigaren en pijptabak, kaas, vis, groente, vlees, boeken, tuingereedschap, kleding, handdoeken, pannen. Alles, alles, alles.
Week in week uit, jaar in jaar uit, groente bij Smit, vlees bij Greidanus, ondergoed bij Holwerda, een nieuwe bank bij Kats. Dezelfde schilder op de ladder tegen je gevel. Dezelfde installateur die je kachels komt vervangen door cv. Die mensen sturen dan een kaart, als je komt te overlijden. Toen in maart mijn vader overleed kwam zijn hovenier naar de condoleance-avond. Dat vond (en vind ik) geweldig.

Toen we in het dorp kwamen wonen, waren er 5 bakkers, en minstens drie kruideniertjes. Mijn moeder ging de ene week naar de ene sigarenboer, de andere week naar de ander. Eerlijk verdelen. In tijden van griep deden mijn zusje en ik wel boodschappen voor zieke buurvrouwen. Voor de één moest je naar de SPAR, voor de ander naar de A&O. Dat komt, de één was Nederlands Hervormd en de ander Gereformeerd. Als niet-kerkelijk begreep ik daar niets van. Ik weet nog dat ik dacht dat de beschuit bij allebei toch echt hetzelfde was. "De mensen zorgen goed voor mekaar" werd er thuis wel eens gezegd, een beetje schamper klonk het. Ook dat begreep ik dan weer niet, want dat je voor elkaar zorgt, leek me juist een goed iets. Verzuiling dus, en noaberhulp.

De lijst is klaar. Er staan namen op van mensen die ik niet ken. Maar ik ken wel mensen die ze waarschijnlijk wel kennen. Daar ga ik nog achteraan.
Het klusje, waar ik nogal tegenop zag, bleek dus best goed uit te pakken.











maandag 6 november 2017

Over Fré Meis in Krewerd

Vlak bij ons huis staat een beeld van Fré Meis. Bij de kerk, maar wel met de rug er naar toe. Ik kom er bijna elke dag langs, tijdens één van de rondjes met de hond.




Toen we een poosje geleden in Krewerd waren en in gesprek raakten met een lokale meneer viel de plaatsnaam Oude Pekela. "Komt daar niet Fré Meis vandaan?" vroeg de meneer. Hij bleek een bewonderaar te zijn. Foeterend op het nog te vormen nieuwe kabinet riep hij dat het land zo'n man als Fré Meis nodig had. Iemand die met de vuist op tafel zou slaan.
Dat overkomt ons niet vaak. Mensen (van elders, dat spreekt voor zich) vragen wel eens of er "nog van die communisten" bij ons wonen. Van deze, bedoel je?



En als men het over Fré Meis heeft, is er vaak een ondertoon van argwaan, verzet, misschien angst. En nog iets anders, het is  moeilijk benoembaar, maar onmiskenbaar aanwezig.
Ik zei tegen de meneer in Krewerd, dat ik me, als ik langs dat beeld loop, vaak afvraag: "Hoe was die man thuis? Hoe was hij tegen zijn vrouw, wat voor vader was hij?"

Zulke grote handen. Konden die een over een kinderbolletje aaien? Hielden die wel eens een bosje bloemen vast voor zijn vrouw? Ik weet het niet.



Van het Biografisch Woordenboek word ik niet echt wijzer. Dat is meer een opsomming van "En toen gebeurde er dit, en toen gebeurde er dat, en toen ging het zus en toen ging het zo...". Het gaat alleen maar over de buitenkant. Een mens is meer dan zijn werk alleen.
Ik lees daar wel dat zijn vrouw en hij één zoon kregen. Bracht hij de jongen wel eens naar school? Gingen ze samen vissen? En daarna? Kwamen er kleinkinderen? Zaten die bij opa op schoot, trokken ze aan zijn oren? Of was vader voornamelijk afwezig? Opa een versleten en vermoeide man? Welke prijs heeft hij betaald voor de (politieke) keuzes die hij maakte? Er is een biografie, die zal ik maar eens lezen. En tot dan blijft het beeld zwijgen.





Biografisch Woordenboek

zondag 29 oktober 2017

Westeremden.

Verdriet zit op de vreemdste plaatsen verstopt. Om dan plots keihard op je wangen te kletsen: "ik ben er nog hoor!" Het begon met een foto van een meneer Henk Bosma op Twitter. Die foto werd geretweet door de Alde Fryske Tsjerken, en dus zagen man en ik de afbeelding.



Dat deed man denken aan een ander bordje, dat hij in het verleden bij de kerk van Westeremden zag.



En toen vonden we het de hoogste tijd om in de kerk van Westeremden te gaan kijken. Op weg!

De auto lieten we achter op de Pastorieweg en we klommen via een kerkenpaadje de wierde op. Die is hoog, erg hoog.




Kijk, de Andreaskerk, 13de eeuws.



Aan de buitenkant zijn nog twee nissen te zien, hagioscoop worden die wel genoemd, waar wellicht ooit heiligenbeelden in hebben gestaan. St.Andreas in de één en Maria in de andere, bijvoorbeeld. Het is maar een gok.



De deur stond open.


 Ik ging als eerste naar binnen. Eerst de hal, en dan het schip. Breed en kort. De kerk is niet (meer) uitbundig gedecoreerd, maar er zijn schilderingen en siermetselwerk.




Eigenlijk heb ik het niet goed gezien. Dat komt, er hing een schildje aan het koorhek. Ik heb er een foto van gemaakt.


De tekst van het vierde deel van Brahms Ein Deutsches Requiem luidt "Wie lieblich sind deine Wohnungen". Troostrijk, zo omschreef mijn zus het. "Nach Worten der heiligen Schrift" staat er dan ook nog bij. Tja, zulke woorden kom je vooral in de kerk tegen. Bij deze dus.
Bovengenoemde muziek was te horen op de uitvaart van mijn vader. En daar in de kerk, toen ik die woorden las, overviel het me. Daar kwamen de tranen. Lastig, want je ziet niet veel meer. Dan maar weer naar buiten. Ach nou ja, zo gaat dat nu eenmaal.

Gelukkig heeft man verder foto's gemaakt.






Ondertussen werd de klok in de toren op wintertijd gezet, met de hand. Weer wat meegemaakt, zo maar een uur erbij. Het begon te regenen, tijd om naar huis te gaan. We liepen naar beneden, de wierde af.



 Dat huis daar links, aan het einde van het pad, dat is ook mooi. Met gevelsteentje.






Als de kerk gesloten is kun je de sleutel lenen op, onder andere, Abt Emo Pad 2. Daar woont Henk Helmantel. Op zijn site kun je vinden of en wanneer zijn huis openstaat voor bezoekers. Een wandelingetje door Westeremden zelf is ook aan te bevelen.

Uitvoering Wie lieblich sind deine Wohnungen Voor alle duidelijkheid: dit is een andere uitvoering dan die bij ons.
http://www.helmantel.nl/ 
Westeremden ligt in de gemeente Loppersum.
Foto's zijn van Henk Bosma, A.B. van der Ploeg en van Aag zelf.

zaterdag 14 oktober 2017

Losse draadjes

Ruim zes maanden geleden overleed ons vader. Wat volgden waren drukke, intensieve en emotionele weken.
In het begin elk weekend, later elke 14 dagen kwamen we bij elkaar in het ouderlijk huis om alles uit te zoeken, te verdelen, weg te brengen naar de vuilstort, weg te geven.
Spullen, papieren en boeken in krankzinnige hoeveelheden. Met de spullen kwamen de herinneringen los. En niet altijd even leuk.


voor de kringloop

Elke minuut is er een keuzemoment: wat doen we hiermee? Wie wil wat? Keuzestress. Elke keer met de auto bomvol naar huis, waar al die spullen een plek moesten vinden. Toen het huis overliep, hebben we opslagruimte gehuurd, om in ieder geval nog een beetje door de kamers te kunnen lopen.




Na vier maanden waren we er doorheen. Het huis was leeg. Dat was maar goed ook, want we waren kapot. Mijn brein was weg, in mijn hoofd zat alleen een enorm stuk zwarte basalt. Heel gek, als ik probeerde na  te denken gebeurde er niks. Alsof je een autosleuteltje in het contact omdraait: stilte. Niet eens een kuchje of een prutteltje. "Ik geloof  dat ik een beetje overspannen ben" zei ik tegen man. "Duh", zei hij.
Kalm aan dan maar. "Vooral leuke dingen doen", zeiden ze.
En na een poosje begonnen mijn hersens weer te bewegen. De gedachten springen en wriemelen door elkaar heen. Elk idee levert door associaties meteen drie of vier nieuwe zijpaden op. Honderdduizend losse draadjes in één grote kluwen. In mijn hoofd groeit een zeeanemoon. De tentakels wuiven in de stromingen alle kanten op. Wat nu weer te doen?
Simpel. Ik pak elke keer één draadje. Zachtjes trekken tot hij losschiet. Afwikkelen, oprollen en klaar.

Bijvoorbeeld:

We zijn een week op Terschelling geweest en het was heerlijk. Ik heb uitgerekend dat we daar in 1967 voor het eerst kwamen (of 1968, maar '67 is leuker). Dat is dus 50 jaar!



Voor eeuwig mijn grote liefde: zo'n boerderij. Jaren achtereen gingen we naar De Coxhoeve. Elke keer als we op Skylge zijn ga ik er even naar kijken.


Na vele vakanties op Terschelling kozen mijn ouders voor verandering: Ameland, en tenslotte werd Schiermonnikoog "hun" eiland. Na het overlijden van mijn moeder hebben we mijn vader wel eens uitgenodigd voor een paar dagen Terschelling. En ik meen me te herinneren dat iemand anders hem ook voorstelde eens een weekje op het eiland door te brengen. Mijn vader wilde dat niet, "want hij was er altijd zo gelukkig geweest".
Daar heb ik zo vaak en zo lang over gepiekerd. Dat iemand zo kan redeneren. Ik begrijp de gedachtengang maar het lijkt me niet goed.
Maar weet je: ik hoef het niet te snappen. Iedereen rouwt op zijn eigen manier. Mijn mening wordt niet gevraagd. Klaar. Loslaten en verdergaan.





zondag 8 oktober 2017

Krewerd

Een aantal weken geleden gingen wij op een prachtige vrijdagmiddag naar Krewerd. De kerk daar maakt deel uit van Het Grootste Museum van Nederland.

voor meer informatie daarover: klik hier

De kerk staat op een wierde in het piepkleine dorpje.


Ik citeer even een stukje van Wikipedia over Krewerd, onder het kopje Geschiedenis staat o.a.:  Echter, net als in veel andere agrarische gemeenschappen zorgde de landbouwmechanisatie er in de jaren 1960 voor dat de landbouw steeds minder werk bood, wat vele mensen weg deed trekken naar onder andere Delfzijl, waar ze werk vonden in de fabrieken.
Daar kom ik later op terug.

De deur stond al open, we waren welkom.



Net toen man naar binnen wilde gaan (we gaan om de beurt, vanwege Finn), kwam er een meneer aanrijden op een scootmobiel. Hij vroeg of we ook naar het concert gingen. Dat was ook wat, hij had zich vergist, het concert zou pas een week later plaatsvinden. De meneer en ik hebben een poosje zitten praten. Waar wij dan wel vandaan kwamen? wilde hij weten. Ach, hij kwam ook uit Drenthe. Van de boerderij in 1955 naar hier (wijde armzwaai richting Delfzijl) gekomen om in de fabriek te werken.


We zaten lekker in de zon, achter de huizen op het land werd hard gewerkt. Het kedoenk van de balenpers dreunde regelmatig. "Ja" zei de meneer "Ik heb een mooi pensioen, maar ik heb altijd verlangen gehouden naar de boerderij. Vooral in deze tijd van het jaar..." Hij hief even zijn hand op. "Kedoeng" knalde het. "Dat vind ik zo'n machtig mooi geluid, hé?".
De hele na-oorlogse sociaal-economische ontwikkeling zat in het leven van die meneer verwerkt. Lees dat citaat hierboven nog maar eens. Maar ook het feit dat hij een mooi pensioen heeft. En een scootmobiel om toch nog overal te komen (11.000 km had hij er al mee afgelegd!). Maar wel een eeuwig verlangen naar de boerderij.
Meneer ging weer verder. En het was mijn beurt om de kerk te bekijken: eind van de 13de eeuw gebouwd. Vermeld in de kroniek van Bloemhof. Oudste orgel van Groningen (1531).





Enigste gemetseld doksaal van Nederland (voor wie het niet weet, het doksaal is de muur tussen het schip en het koor. Niet elke kerk heeft een doksaal, maar deze dus wel).


achterkant

Grafstenen met een paard en een zeemeerman.






Prachtige schilderingen op de muren en het plafond.



 Iemand uit de veertiende eeuw die je  aankijkt.




Al die mensenlevens die samenkomen in een klein kerkje in een klein dorpje ergens boven in het land.



Bij de kosterij stond een honesty. Daar hebben we jam gekocht. Het was een middag met een gouden randje.


 Krewerd ligt in de gemeente Delfzijl.
Foto's: A.B. van der Ploeg en van Aag zelf.