vrijdag 10 maart 2017

Doof

Met een betere conditie groeit mijn actieradius.
Zo ging ik onlangs op pad, met het openbaar vervoer naar mijn oude tante, die haar verjaardag vierde.
In de bus naar het station zaten twee jongens op weg naar school. Ik denk dat ze een jaar of zeventien waren, uniform gekleed in spijkerbroek, een gewatteerde en doorgestikte winterjas en kort opgeschoren haar met een onbestemde kleur. De voorste had wel een geinig kuifje bovenop, dat met veel gel in stand werd gehouden. Beiden hadden in het linkeroor een dopje met muziek gepropt en het rechteroor vrij, zodat ze elkaar min of meer konden verstaan. Hun gesprek ging over de fluittonen en het geruis in hun oren. De achterste jongen had daar last van, als hij was wezen stappen. De voorste voortdurend. "Ik ben naar Beter Horen geweest," vertelde hij "Je weet wel, zo'n winkel. Het was niet zo best. Ik mocht al wel zo'n doosje, weet je wel, zo'n kastje? (met zijn handen beeldde hij de grootte van een gehoorapparaatje uit). Maar dat wil ik niet, dat is toch geen gezicht". Zijn vriend reageerde wat geschokt. "Nou ja, ik moest wel voorzichtig zijn, zei die meneer". ging Kuifje verder. "Dat ben ik nu ook wel hoor". "Ja, ik ben ook wel voorzichtig" antwoordde zijn vriend, "maar hoor je nou zo slecht dan? Kun je dit horen bijvoorbeeld?" Met enige moeite wist hij het rechter dopje van zijn telefoon in het rechteroor van zijn vriend te wurmen. Even zaten ze als een Siamese tweeling aan elkaar, mijn hart smolt."Staat 'ie zachtjes?" "Nou ja, een beetje zachtjes". "Nee man, ik hoor helemaal niets". Hij trok aan het snoertje en ze waren weer los van elkaar. Ze zwegen even. "Het is vooral lastig met voetballen, weet je wel. Dan roepen ze: "Hé man", of zoiets. En dan hoor ik het niet. En dan mis ik de bal, weet je wel". Ze lachten wat ongemakkelijk. De bus stopte voor het station. We stapten uit en daar gingen ze. Op weg naar school en de rest van hun leven.