vrijdag 31 oktober 2014

Kweeperen

Lang, lang geleden vonden wij tijdens een ruststop, op een parkeerplaats langs de snelweg, een enorme hoeveelheid kweeperen. Ze lagen verspreid in het gras onder een hoogstamboom. Wat een oogst, wat een rijkdom.
We namen handenvol mee naar huis. Daar ging ik aan de slag. Maar helaas, het was voor we een multiculturele samenleving hadden en vóór het internettijdperk. Ik wist dat je kweeperen lang moest koken, maar ik wist niet hoe lang. Ongeduldige troela die ik was, werd het natuurlijk niets.
Dat is nu gelukkig wel anders. Bij de Plattelandswinkel heb ik een kilootje gekocht.


Daar hebben ze vaker bijzondere soorten groente en fruit. klik en kijk hier!
Maar ook in de Turkse super zijn ze verkrijgbaar. Op internet vond ik een leuke site: http://www.kweepeer.nl/
Als eerste wilde ik membrillo maken, oftewel kweepeerpasta.

Ik heb de kweeperen schoongeveegd, in stukken gesneden en onder water gezet. Aan de kook brengen. Inmiddels had ik op de site gelezen dat sommige rassen wél snel gaar zijn, en ja, na 20 minuten koken waren de stukken al bijna tot moes. En dat terwijl ik op 90 minuten had gerekend. Houd het dus in de gaten!


Afgieten. Het kookvocht desgewenst opvangen, daar kun je gelei van koken. Nu de schil en het klokhuis verwijderen. Het handigste is de schil er af te trekken en daarna de perenmoes van het klokhuis te schrapen. In een kom doen. Weeg de totale hoeveelheid perenprut. Je wordt dan geacht de boel tot moes te malen in een keukenmachine of door de passe-vite (groentezeef). Dat was ik natuurlijk straal vergeten.


Doe er hetzelfde gewicht aan suiker bij. Ik heb rietsuiker gebruikt, de gewone suiker was namelijk op. In een hoge  pan doen en aan de kook brengen. Ik heb er tussendoor even de staafmixer op gezet, zodat het een egale massa werd.



Dan is het een kwestie van roeren en inkoken. Pas op voor de gloeiend hete spatten!


Het is net een NASA-foto van zo'n gloeiend hete gaswolk, waarin nieuwe sterren ontstaan. De Kweepeernevel.

Op een gegeven moment vloeit de massa niet meer uit, en blijft het aan de lepel hangen. Bij mij duurde dat 25 minuten.




Stort dan de brei in een (bak)vorm. Laat afkoelen.



Eenmaal afgekoeld kun je er blokjes of reepjes van snijden. Het hoort dan niet meer plakkerig te zijn. Dat was het dus wél, waarschijnlijk had ik het nog even moeten laten doorkoken. Maar aan de smaak doet het niets af.
Je kunt de blokjes bestrooien met wat suiker, en ze nog wat verder laten indrogen.


Iedereen heeft het er maar over dat je het bij Spaanse schapenkaas moet eten, maar zo is het ook lekker hoor. En door Turkse/Griekse yoghurt is het ook heerlijk.
Eén waarschuwing, het is ontzettend kleverig eten: frames en losse vullingen hebben het zwaar te verduren, dus wees voorzichtig.

 Morgen koken we van het overgebleven kookvocht kweeperengelei. Een verslag volgt binnenkort.
Op de bovengenoemde site staat een tajineschotel van kip met kweepeer, die gaan we ook maar eens proberen. Lang leve de herfst.

donderdag 23 oktober 2014

Even tussendoor

We hadden deze zomer weer zo veel pruimen dat een tak volledig afscheurde door het gewicht (niet uitgedund, dom, dom, dom).




Zoveel zelfs dat ik niet genoeg potten had om er jam van te maken.
Dan maar sap maken en invriezen.



Inmiddels zijn er weer wat potten leeggegeten. En tijd heb ik ook wel weer. Dus van 3/4 liter sap en 1 kg geleisuiker fijne pruimengelei gekookt.


Ondanks eindeloos wegscheppen is er toch een beetje schuim meegekomen. Maar vlug opeten dan, wat erg!
Van het restje sap kookte ik wat limonade.


 

Dat is vast ook heel gezond. Er staat nog een bak sap in de vriezer, we komen de winter wel door.

woensdag 22 oktober 2014

Memorabilia: tijdschriften

Ha, jullie dachten toch niet dat ik klaar ben met opruimen?
Ik volg nog steeds trouw het programma van de Flylady. Naast de dagelijkse routines en de wekelijkse focus staat er maandelijks een goede gewoonte centraal. Of meer: het gebrek daar aan. Deze maand is "paper clutter" aan de beurt. Als eerste kwamen de kranten,  maar die heb ik goed onder controle.
 

netjes, toch?


Het volgende: tijdschriften. Oei. We kopen zelden tijdschriften, maar op de één of andere manier sluipen ze toch ons huis in.




Ik verbaas me altijd over de enorme hoeveelheid tijdschriften in dat kleine taalgebied van ons. En ik beloof mezelf soms een leuk blad "als ik de oude eerst heb opgeruimd". Ach ja.  Maar hier gaat hij dan:



Landleven. Dit exemplaar stamt uit januari 2005 en heb ik dus al bijna 10 jaar in huis! Een hartstikke leuk blad, maar wij hebben niet zo'n monumentale boerderij, met ruimte voor leuke kippen, een lief ezeltje en schapen van een oud ras. En als ik die recepten de laatste tien jaar niet gemaakt, hé, dan zal ik ze ook wel niet meer maken. Weg ermee, in een plastic tas. Lieve schoonzus in het buitenland wil ze graag doorlezen, lekker heimwee stillen. Dat ruimt op.

Veel tijdschriften scheppen illussies. En we hebben er verbazend veel, en overal staat wel iets interessant in. Weggooien betekent erkennen dat er van veel leuke plannen niets zal komen. Ik kan me van alles voornemen bij die mooie foto's en leuke artikelen, óf ik kan daadwerkelijk iets ondernemen. Dan ga ik toch maar voor het laatste!

Nu alleen nog maar de Geschiedenistijdschriften, de Archiefbladen, de Vrij Nederland, de kunstbladen en de overige periodieken. Komt wel goed.

Landleven heeft ook een website. Ook leuk, én je boekenkast raakt niet verstopt:  www.landleven.nl

woensdag 15 oktober 2014

Het Zwanemeer bij Gieten


Al kijk je nog zo goed, je kunt jaren ergens langs rijden zonder te weten wat daar verborgen ligt.
Gisteren hebben we gewandeld bij het Zwanemeer bij Gieten. Er is een Camping Zwanenmeer, en een plas die zo heet en het bos wordt ook zo genoemd. En laten er in dat bosje nu tientallen grafheuvels liggen, die deels zijn gemaaid zodat je ze goed kunt zien. Ik ben er wel 300 keer langsgekomen, nooit heb ik enig vermoeden gehad.
De ingang:



Tegenover de parkeerplaats begint het bospad. Een paar meter en verduld, daar ligt de eerste.

 
En dan nog een. En nog meer. Ze liggen soms tegen elkaar aan.



Het aardige is, dat tot voor kort deze heuvels niet bekend waren. Ze zijn in de jaren negentig van de vorige eeuw ontdekt, onderzocht en vrijgemaakt, zodat iedereen ze nu goed kan zien. Ze stammen uit de bronstijd en de ijzertijd. Een dode werd op een brandstapel verbrand, al dan niet met giften zoals aardewerken potjes. Vervolgens werd er zand over de verbrandingsresten opgeworpen en dat was dan dat.
De grootste heuvel was al langer bekend en wordt "de Konijneberg" genoemd.Er staat een mooie hulstboom op.


Nu we er toch zijn wandelen we even verder. Het zijn maar smalle paadjes hier.


Wat zal het zomers groen zijn.


Overal paddestoelen



want veel dood hout, in grillige vormen en constructies.

 
We zagen ook nog een Keizerlibelle, maar die wou niet op de foto. Op Wikipedia staat dat de vliegtijd tot augustus is. Het is nu oktober!

Het bos is nu eens niet van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten of een Landschap, maar maakt deel uit van een groot waterwingebied, de Breevenen. Eigenaar is Waterleidings Maatschappij Drenthe. Er is nog veel meer te zien, dus we gaan zeker nog een keer.

Gieten ligt in de gemeente Aa en Hunze
foto's: van Aag zelf.

woensdag 1 oktober 2014

A t/m Z: aardappel-appeltaart

Stel dat je taarten zou bakken, met namen van van A tot en met Z. Je begint natuurlijk vooraan, bij de A. Welk gebak kies je dan? Appeltaart? Ha, dat dacht je. Aardappeltaart! Met appel, dat dan weer wel. Het recept komt uit de Genoeg, non-glossy voor minima en maxima.

Wat heb je nodig:
Voor het deeg: 600 gram vastkokende aardappels, 25 gram boter, snuf zout, 1 eetlepel rietsuiker, 1/2 theelepel geraspte nootmuskaat, 200 gram bloem, 1 theelepel bakpoeder.
Voor de vulling: 600 gram appels, 15 gram boter, 1 theelepel koekkruiden, 2 eetlepels rietsuiker.

Verder: bakvorm van 24 cm, boter om in te vetten, wat bloem om te bestuiven, bakpapier, 1 eidooier met 1 lepel water losgeklopt.


Verwarm de oven voor op 200 graden.
Voor het deeg:
aardappels schillen, net onder water zetten en in plm. 25 minuten gaar koken. Springvorm met bakpapier bekleden, invetten en bestuiven. De gekookte aardappelen afgieten en pureren. Meestal stamp ik ze, maar deze keer heb ik de knijper gebruikt, je krijgt dan een mooie, losse structuur.


Boter, zout, suiker en nootmuskaat erdoor roeren. Bloem en bakpoeder mengen, aan de puree toevoegen en tot een elastisch deeg kneden. Ja echt!


De springvorm met de helft van het deeg bedekken en een rand van 2 cm vormen. (ik heb het eerst wat uitgerold, de bodem bedekt en daarna vanuit het midden het deeg naar de randen en wat omhoog geduwd). 7 minuten zonder vulling midden in de oven voorbakken.

na 7 minuten bakken al wat gerezen

Voor de vulling: appels in kwarten snijden, schillen en van het klokhuis ontdoen, in blokjes snijden.Bak de blokjes 3 minuten in de boter. Van het vuur halen en met het deksel op de pan 5 minuten laten nagaren.


Suiker en koekkruiden erdoor mengen. De vulling over de voorgebakken bodem verspreiden.
Van het achtergehouden deeg een deksel rollen en daarmee de taart bedekken. De randen goed aandrukken. Tot slot bestrijken met het losgeklopte eigeel.


 Zet de vorm in de oven, in zo'n 35 minuten goudbruin bakken.



Het resultaat is een fris appeltaartje met een wat taai deeg. Niet spectaculair, maar wel lekker en eens wat anders dan de zgn. "Hollandse" appeltaart. Ik vind het wel wat Iers hebben, maar dat zal mijn romantische geest wel zijn.

De volgende keer doe ik wat kaneel door het deeg, om het wat meer karakter te geven. En ik denk na over een hartige variant. Maar dat komt later, in hoofdstuk P van pasties.


Wat begint allemaal met een B? Bladerdeeg, Battenberg, Boterkoek,....